Posts tonen met het label Boekenkast. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Boekenkast. Alle posts tonen

maandag 25 mei 2015

Dip van cannellinibonen en artisjokkenhartjes

Soms probeer je recepten uit die na het proeven meteen op het lijstje 'Nooit meer vergeten' belanden. Het nooit meer vergeten is in dit geval overigens positief bedoeld.
Naast gedroogde bonen hebben wij vaak ook blikken met diverse bonen in de kelder staan. Heel erg handig bij het bereiden van een snelle maaltijd of om door een salade te husselen. En in dit geval er een dip van te draaien.
Het recept komt uit Salmagundi van Sally Butcher.  Ik ben en blijf razend enthousiast over dat boek. Het past me als een jas.
Deze dip is klaar in een handomdraai. Ideaal als er eens onverwacht familie of vrienden op de stoep staan.  Artisjokkenhartjes moest ik nog even kopen, de rest scharrelde ik in de keuken bij elkaar.
De combinatie is werkelijk super. Een vleugje gerookte paprikapoeder, de artisjok die gezellig door je mond slingert, de smeuïge bonen, citroen als extra opkikker, de knoflook die voorzichtig om de hoek gluurt... een heel fijn stel.




Je hebt nodig:

Blik cannellinibonen (uitlekgewicht 250 gram) - Blik artisjokkenharten (uitlekgewicht 240 gram) - 2 teentjes knoflook - 1 tl paprikapoeder - 1/4 tl gerookte paprikapoeder  - 1 el fijngehakte peterselie - zout en peper - citroensap - olijfolie

Zo maak je het:

Laat bonen en artisjokkenhartjes uitlekken. Snijd de hartjes nog even wat kleiner.
Draai er met de keukenmachine of staafmixer een puree van. Voeg  knoflook uit de pers en  beide soorten paprikapoeder toe.
Giet er langzaam olijfolie bij tot het geheel smeuïg is.
Breng verder op smaak met citroensap, zout en peper. Eventueel nog een beetje gerookte paprikapoeder.
Roer de peterselie erdoor.

En klaar ben je.

Heerlijk met warm brood, crackers, op geroosterd brood of met de olijfoliecrackers van Ottolenghi die ik ook weer eens maakte.

Bron: Sally Butcher - Salmagundi, isbn9789045204383. Prijs 24,95


woensdag 13 mei 2015

Garnalen in pittige tomaten-paprikasaus met een Mexicaans tintje

Zo dames en heren, dat is even geleden he. Net als vorig jaar had mijn pc weer eens kuren. Hij zette zijn achterste behoorlijk tegen de krib aangezien hij aan een systeemherstel ook maling had.
Systeemherstel, hoop in bange dagen en dan op je scherm te zien krijgen 'systeemherstel kan niet worden uitgevoerd'. Lekker dan.
Dus kroop ik maar weer eens dieper in de krochten van dit vermaledijde ding. Deed schietgebedjes, stak kaarsjes op en opende na een paar avonden klooien bijna het raam om het kreng naar buiten te kieperen.
Er zijn ook nog andere dingen te doen en die me bezighouden niet waar.
Gelukkig wist ik me net op tijd in een zen-modus te wurmen. Met ongebruikelijk geduld struinde ik internet af, bekeek wat de foutcodes betekenden, zocht naar oplossingen, probeerde wat her en der en yes he he eindelijk daar was ie weer.
Net op het moment dat ik husband mededeelde: 'Nog 1 poging en dan ga ik iemand bellen hoor. Gek word ik ervan'
Innerlijke rust wordt beloond dat blijkt maar weer.

Mocht je denken dat we door al dit gedoe de afgelopen weken niks lekkers hebben gegeten dat is natuurlijk niet zo. Het boek Salmagundi van Sally Butcher is echt mijn beste vriend op het moment, zoveel recepten heb ik er al uitgemaakt. Ongekend voor mij.
Verder reisden we door de Mexicaanse keuken, maakte ik weer eens de goddelijke witlof met serranoham van Ottolenghi en liet sauzen pruttelen. Foto's? Nee dus. Zo zen was ik nu ook weer niet. Of er was geen licht genoeg meer of het was gewoon tot de laatste kruimel verslonden.

Maar deze heb ik wel voor jullie. Echt verrukkelijk met rijst of brood. Hoeveel pit je de saus wil geven, bepaal je zelf. Heel simpel een kwestie van het aantal pepers verminderen.
Manlief en ik zijn gek op garnalen dus kijken wij niet op een garnaaltje meer of minder. Mocht er nu toch wat overblijven dan heb je meteen een fijne lunch voor de volgende dag. Koud zijn ze namelijk ook erg lekker.



Voor de saus heb je nodig:

1 blik tomatenblokjes - 1 flinke tl tomatenpuree - 1 gele of groene paprika - 1 ui - 1 rode peper - 1 teentje knoflook - 1 tl gemalen komijn (djinten) - 1 tl gemalen koriander (ketoembar)- peper en zout - 1 el olie - eventueel klein beetje suiker.

Verder heb je nog nodig:

400 gram rauwe grote garnalen - 1 rode paprika - 1 à 2 rode pepers - 3 tomaten - stuk of 10 olijven met piment - 1 el kappertjes - 1/2 tl  gemalen komijn (djinten) -1 limoen - 1 ui - zout en peper

Zo maak je het:

Deel 1

Eerst aan de slag met de saus. Snipper de ui en knoflook.  Halveer de paprika, verwijder de zaadlijsten en verdeel de paprika in blokjes. Dat mag best een beetje grof.
Peper ook halveren, zaadjes plus lijsten eruit en de peper fijnhakken.  Zelf laat ik wat zaadjes zitten voor dat fijne spicy gevoel.

Verwarm de olie in een pannetje. Fruit hierin ui en paprika op middelmatig vuur tot ze zacht zijn.
Voeg knoflook, rode peper, komijn en koriander toe. Bak dit een minuut of 3 zachtjes mee.
Roer de tomaten puree erdoor, Bak ook dit nog een minuut of 3 zachtjes. Zo ontzuur je de tomatenpuree.
Trek het blik tomaten open en giet de hele boel erbij. Alles door elkaar roeren.
Zet het vuur wat hoger en kook de saus een kleine 10 minuten zachtjes tot het indikt. Breng op smaak met zout en peper en eventueel een beetje suiker.

Deel 2.

Pel de garnalen en verwijder de darmkanaaltjes. Ik snijd met een scherp mesje over de rug van garnaal en trek de onsmakelijke sliert er in een wip uit. Is even een klein klusje maar geloof me, die garnaal wordt er een stuk smakelijker van.
Dep ze goed droog en bewaar tot gebruik in de koelkast.

Snipper de ui, halveer de paprika, verwijder de zaadlijsten wederom en hak in blokjes. Hetzelfde met de rode pepers. Voor extra hitte laat je de zaadjes lekker zitten, anders mik je ze weg.
De tomaten snijd je in stukken, hoeft allemaal niet zo precies.Olijven ook even halveren.

Verwarm een eetlepel olie in een koekenpan. Fruit hierin ui en paprika tot ze zacht zijn.
Voeg nu de tomaten, rode pepers, olijven, kappertjes en komijn toe. Schep door elkaar en giet dan de eerder gemaakte saus (deel 1) erbij.  Husselen en zachtjes aan de kook brengen, laat 5 minuutjes pruttelen.
Even proeven en eventueel wat zout toevoegen.

Doe nu de garnalen erbij en stoof ze zachtjes mee tot ze roze zijn. Breng verder op smaak met een scheutje limoensap.

Dit recept, een beetje door mij aangepast,  is te vinden in het boek 'Mexicaans koken' onder de naam Garnalen Veracruz, een uitgave van Rebo uit het jaar?? Het jaar 0 durf ik niet te roepen maar het prijkt al zeker twintig jaar in mijn boekenkast. Als het er al geen 25 zijn.
Een aantal recepten heb ik op internet voor de grap eens vergelijken met kookschrijfsels van nu en wat blijkt? Ze zijn behoorlijk authentiek. Dat vind ik nou weer leuk.

Wie wat bewaart die heeft wat.



woensdag 11 maart 2015

Over Salmagundi en Noorse vissalade

Wekelijks gaan er vele kookboeken door mijn handen en ik moet eerlijk bekennen dat ik over al die nieuwe uitgaven niet altijd even enthousiast ben. Onoverzichtelijke recepten, soms ronduit slechte lay-out, afgeraffelde indruk, een verkoopprijs die niet in verhouding staat tot de inhoud. Plak er maar een bekende kop op en het verkoopt wel, dat dus. Jammer, want voor vijf of meer euro minder zijn er soms, niet altijd, veel betere alternatieven. En ja dat vertel ik dan ook.
Ook spreekt logischerwijs niet ieder onderwerp mij aan. Of voegt het voor mij niet zoveel toe, kan ik er geen inspiratie uit halen. Heb ik niet zoveel met de auteur. Maar goed, smaken verschillen en dat mag ook. Iedere doelgroep zijn of haar favorieten. Da's mooi en zo blijft er ruimte voor allerlei schrijfsels en kooksels.

Over Salmagundi van Sally Butcher ben ik wel enthousiast, was ik al enthousiast aangezien ik de Engelse uitgave al kende. Een boek vol salades uit alle windstreken en evenzovele ingrediënten
Wat zo fijn is aan een salade, er zijn geen spelregels aan verbonden bij het samenstellen. Laat je fantasie de vrije  loop of laat je leiden door de inhoud van je koelkast en voorraadkast.
De mogelijkheden zijn oneindig en het is niet zo moeilijk om iedere keer een andere salade op tafel te toveren. Mocht de inspiratie eens verdwenen zijn dan helpt dit boek je zeker weer op weg.



De hoofdstukken in het boeken kregen de titel van het belangrijkste ingrediënt, wel zo overzichtelijk.
Denk aan Rijst, Pasta & Graan, Vis, Kaas, Vlees, Kruiden & Bladgroenten en Groente. . Fruitsalades en salade als toetje ontbreken ook niet net als een hoofdstuk gewijd aan dressing en dipsauzen. Om af te sluiten met toppings, de knappertjes, de extra mondvermaakjes om het zo maar eens uit te drukken.
Voor vegetariërs wellicht niet zo geschikt maar als je het eens kunt lenen van iemand... doen want er zijn ook hele mooie vlees- en visloze recepten in te vinden. Verder kan ik jullie een ander boek van deze auteur aanbevelen; 'Veggiestan'.

Sally Butcher vertelt graag. Over haar winkel in Peckham, producten, de herkomst en inspiratiebronnen van haar recepten, de smaakcombinaties. En natuurlijk legt ze uit waar Salmagundi nu eigenlijk voor staat. Een 17e- eeuwse Engelse benaming voor een salade waar zo'n beetje alles in is verwerkt wat maar groeit, loopt, zwemt en vliegt. Onze maaltijdsalade van nu dus, daar combineren we immers ook naar hartenlust ingrediënten.

Het afgelopen weekend (wat was het zalig weer!!)  kwamen er vrienden borrelen, een mooie gelegenheid om dit boek met zijn cover vol mozaïekjes eens te testen en vrienden plus husband voor proefkonijn te laten spelen.
Vonden ze helemaal niet erg.

Vrijdag maakte ik voor ons tweetjes uit Salmagundi een dragonsalade met gepaneerde kip.  Wat is dragon toch een waanzinnig lekker kruid met zijn lichte anijssmaak. Ik gebruik het veel te weinig maar daar gaat verandering in komen.
Voor bij de borrel koos ik een bietensalade met gember, mango en munt. Husband houdt helemaal niet van munt maar riep deze frisse, zomerse  salade uit tot winnaar.
Ook maakte ik een o zo simpele maar waanzinnig lekker roomkaasmengsel met uitgebakken en verkruimelde ontbijtspek, bieslook en limoensap. Blaadjes witlof erbij, crackers mag ook, smeren maar.

Toch geef ik jullie een ander recept, Noorse vissalade met mierikswortel. Heerlijk als gezellig voorgerechtje, onderdeel van andere hapjes, een buffetje of andere feestelijkheden.
Eenvoudig om te maken en je scoort er zeker te weten punten mee! Ik heb het overigens ietsiepietsie aangepast. Met name de hoeveelheid zure room, 2 1/2 dl vond ik echt iets too much.




Voor 4 à 6 personen heb je nodig:

250 gram kabeljauwfilet of andere stevige witvis -  150 gram gerookte forel - 2 blaadjes laurier - 2 sjalotjes - paar draadjes saffraan ( stuk of 5) - 2 eieren - 2 tomaten - 1 el appelciderazijn -  4 el zure room - 1 el geraspte mierikswortel ( of naar smaak, wij houden van de pittige scherpte maar dat geldt niet voor iedereen) - 2 el fijngehakte verse dille plus een beetje voor de garnering - zout en peper - 2 ferme sappige zoetzure augurken - ijsbergsla of little gem - 2 sneetjes zuurdesembrood, stevige volkoren of wat je zelf lekker vindt.

Zo maak je het:

Week de saffraan in 2 theelepels heet water.
Kook de eieren hard.
Snipper de sjalotjes en hak de dille fijn. Dit kun je allemaal doen als de kabeljauw in zijn waterbadje ligt of af ligt te koelen.

Leg de kabeljauw in een pan, giet er net zoveel koud water op tot het onderstaat. Leg er de blaadjes laurier bij. Laat het nu tegen de kook aan komen. Blijf erbij en pas op dat het niet gaat koken.
Laat zachtjes een minuut of 5 pocheren. Zet dan het vuur uit. Laat de vis in het hete water liggen, het gaart nu nog even door. Voel voorzichtig of het gaar is. Het moet nog stevig aanvoelen.
Schep het er met een schuimspaan uit, leg de vis op een bord en laat afkoelen.
De blaadjes laurier gooi je weg.

Verdeel de kabeljauw in stukjes en doe het samen met de gesnipperde sjalotjes in een kom.
Roer een dressing van het saffraanwater, de azijn en zure room. Vermeng met de fijngehakte dille, mierikswortel, zout en peper en schep het vervolgens door de vis.
Zet het nu afgedekt een uurtje in de koelkast. Langer mag ook.

Haal de vis uit de koelkast. Snijd de forel in stukjes en schep het erdoor. Proef even of er nog wat zout en peper bij moet.
Rooster vlak voor serveren het brood en snijd in 4 à 6 blokjes, beetje afhankelijk van hoe groot je plakken brood zijn.
Pel de eieren, gebruik zo'n handige eiersnijder voor mooie plakjes of een scherp mes.
Verdeel de tomaten in plakjes.

Verdeel de sla in handige eenhaps blaadjes of maak er als je het als voorgerecht serveert kommetjes van. Leg het op een schaal of bordjes.
Eerst komt het brood, daar leg je een plakje tomaat op, dan wat vissalade. Maak het af met een plakje ei, paar plakjes augurk en tot slot nog wat dille

Bron: Sally Butcher- Salmagundi, inspirerende salades uit het Midden-Oosten en verder. 2015,
272 blz, ISBN 978 90 452 0438 3, prijs 24,95

Dit boek is in eigen bezit, geen gesponsorde toestanden dus.




woensdag 4 maart 2015

Salade met rijstnoedels, rundvlees en nuoc cham

Zodra het maart is begint het bij mij te kriebelen.
Net of ik weer wakker word na een lange winterslaap. Mijn innerlijke batterijen laden zich op en ik krijg weer zin. Zin om van alles te ondernemen.
Lekker naar buiten, die tuin in. De borders ontdoen van hun winterdekje en ontdekken dat van alles voorzichtig de kopjes boven de grond uitsteekt, zoekend naar licht.

Stiekem kijk ik nog wat verder naar voren. De zwaardere winterkost, hoe lekker ook, wuif ik een vrolijk tot ziens toe en wentel me in het vooruitzicht van de asperges. Goed, ik moet nog even geduld hebben maar de voorpret doet ook al veel niet waar.

Om het voorjaar feestelijk af te trappen deze heerlijke lichte salade met een beetje pit en wat vrolijke krakers.

Rijstnoedels met gemarineerde rundvleesreepjes, pinda's, krokante uitjes en de Vietnamese dipper nuóc chãm.
Heel simpel om te maken en ook nog eens zo klaar!



Je hebt nodig voor 3 personen:

220 gram rijstnoedels (te koop bij de toko maar ook in de meeste supermarkten) - 350 gram bieflappen - 2 stengels citroengras - 2 knoflookteentjes - 2 el vissaus - 2 el arachide- of zonnebloemolie - 1 flinke ui - peper en zout - gemengde sla naar keuze - ongezouten pinda's - gebakken uitjes (potje/bakje toko of supermarkt of zelf maken ;-)) - blaadjes basilicum - voor de liefhebbers wat ringetjes rode peper.

Voor de dressing:
1 Spaanse peper zonder zaadjes - 1 teentje knoflook - 3 el suiker - 5 el vissaus -1 el rijstazijn -125 ml water - 1 limoen - vijzel

We maken eerst de dressing:

De Spaanse peper is relatief mild, je kunt natuurlijk ook de veel vlammendere Thaise gebruiken, een Santaka of andere soort.

Hak de peper grof evenals het teentje knoflook. Vijzel het tot een smeuïge pasta. Bij gebrek aan vijzel kun je ook de staafmixer gebruiken.
Voeg de suiker toe en stamp door tot de suiker helemaal rood is.
Breng het water aan de kook, voeg de pasta , vissaus en rijstazijn toe en roer het lekker door. Laat nu een paar minuten zachtjes inkoken. Pas op dat het niet te stroperig wordt.
Voeg het sap van een halve tot driekwart limoen toe. Even proeven wat je zelf het lekkerste vindt.  Zet op zij en laat afkoelen.

Verder met de salade.

Snijd de bieflappen in dunne reepjes. Hak het wit van 1 citroengrasstengel fijn plus het andere knoflookteentje. Hevel de stukjes vlees over in een kom samen met citroengras en knoflook. Giet er 2 eetlepels vissaus bij en hussel de boel goed door. dek het af en laat een half uurtje staan.

Vul een flinke pan met water, breng aan de kook. Mik de rijstnoedels erin, roer door en zet het vuur meteen uit. Een paar minuten later zijn de noedels zacht. Giet ze in een vergiet en spoel meteen af met koud water om te voorkomen dat het een papperige toestand wordt.
Laat ze uitlekken in het vergiet.

Snijd de ui in dunne ringen, hak het wit van de andere stengel citroengras en snipper een teentje knoflook.
Verhit 2 el olie en roerbak hierin de ui, citroengras en knoflook een seconde of tien. Dan het gemarineerde vlees erbij. Bak op hoog vuur al omscheppend een minuut of vijf tot het vlees rondom bruin is Doordat het vlees dun is gesneden is het nu ook meteen klaar en nog lekker sappig. Bestrooi met peper en zout.

Pak een paar kommen of diepe borden. Verdeel er sla over, leg dan de rijstnoedels erop. Besprenkel met wat dressing. Top af met de reepjes rundvlees. Vergeet de meegebakken ui en citroengras niet.
Strooi er pinda's en de krokante uitjes over, wat in stukjes gescheurde blaadjes basilicum, ringetjes rode peper of wat ook lekker is stukjes lenteui.

Zet de rest van de dressing op tafel samen met  nog wat pinda's en gebakken uitjes.

Eet smakelijk.

Bron: Hanoi Street Food/ Tom Vandenberghe en Luk Thys


maandag 9 februari 2015

Knolselderijpuree met yoghurt (mezze)

De afgelopen weken ben ik nogal in de weer geweest met een boek vol Midden-Oosterse gerechten;  'Honey & Co' van Sarit Packer en Itamar Srulovich .
Dit stel werkte respectievelijk als patissier en chef-kok bij de u welbekende Yotam Ottolenghi.
Na die leerschool sta je blijkbaar zo ijzersterk in je schoenen dat het openen van je eigen restaurant een logische volgende uitdaging lijkt. Dat restaurant in Engelands hoofdstad werd een hit.
Waarna een eigen kookboek natuurlijk ook niet uit kon blijven.

Waar ik zelf altijd erg van hou is  een kijkje achter de schermen. Hoe zijn recepten ontstaan, waar komt de inspiratie vandaan en helemaal fijn is dat in dit geval de medewerkers ook nog eens veel credits krijgen. Sarit en Itamar zijn overduidelijk blij met hun team.
Nu spreek ik ook regelmatig mensen voor wie dit geleuter zoals ze het noemen niet zo hoeft.
Gewoon een boek vol recepten, smakelijk plaatje erbij en of nu Samira. Piet of Jean zo'n gerecht heeft verzonnen doet niet ter zake.
Dat mag, gelukkig zijn er zoveel kookboeken te vinden dat er altijd wel iets naar je smaak bij zit. Net als een spijkerbroek is een kookboek per slot van rekening ook een hoogst persoonlijke zaak.
Ik houd wel van dat 'geleuter'

De recepten zijn niet al te ingewikkeld en  helder uitgewerkt. Dat je voor een aantal recepten een bladzijde om moet slaan, dankzij dat u geweetwel, kan als een nadeel worden gezien. Ingrediënten die een aantal jaren geleden voor hoofdbrekens zorgden zijn dankzij hun voormalige baas nu eenvoudig verkrijgbaar.

Van salades tot brood, drankjes, vis, vlees, zoetigheden,pickles, granen, peulvruchten en handige tips. Je vindt het allemaal. De ingelegde bietjes zijn zalig kan ik je melden, De wintertabouleh met knolselderij ( handig aangezien je van zo'n knol altijd overhoudt!) en winterwortel weer eens wat anders.
Voor veel gerechten hoef je niet urenlang in de keuken rond te hangen maar er zitten er tussen met een flinke ingrediëntenlijst en aardig wat bereidingstijd. Maak die dus niet als je binnen een uur aan de dis wil schuiven.
Maak wel onderstaande knolselderijpuree met yoghurt, simpel, snel klaar en verrukkelijk! Ook weer eens wat anders als de eeuwige hummus waar ik overigens wel erg dol op ben.
Het aardse van de knolselderij krijgt een frisse oppepper van de yoghurt en eerlijk gezegd kan ik er van blijven eten.



Je hebt nodig:

500 gram knolselderij - 4 teentjes knoflook - 3 à 4 el Griekse of Turkse yoghurt - 2 takjes tijm - 1 tl zeezout - 10 gram boter - 1 el olijfolie -  staafmixer.

Schil de knolselderij, snijd in even dikke plakken en vervolgens in blokjes.
Haal de knoflook uit hun jasjes.
Zet een pan op hoog vuur met een 1 eetlepel olijfolie. Mik knolselderij, knoflooktenen, zout en tijm erin en bak het een minuut of vijf tot de blokjes licht beginnen te kleuren. Schep regelmatig om.
Zet het vuur lager, leg een deksel op de pan en laat de blokjes in een minuut of tien gaar worden. Zodra je er met een vork gemakkelijk doorheen prikt is het goed.
Schud alles in een kom en vis de takjes tijm eruit. Die mogen weg.

In dezelfde pan laat je nu de boter smelten tot het bruin is. Niet zwart, dat noemen we verbrand en is niet lekker. Bruine boter oftewel beurre noisette heeft een licht nootachtige smaak..
Deze boter giet je over de knolselderij. Om te beginnen drie lepels yoghurt erbij. Zet nu de staafmixer erop en maak er een grove puree van. Het is lekker als er nog wat structuur inzit.
Eventueel nog extra yoghurt toevoegen.
Op smaak brengen met zout en peper. Wat chilivlokken erover voor extra pit is ook een aanrader maar niet noodzakelijk.

Serveer op kamertemperatuur met crackers, turks brood, plat brood en bijvoorbeeld lavash.
Lavash is een super simpel platbrood, eigenlijk meer een cracker, uit hetzelfde boek.
Dat recept krijg je later deze week.

Wat je over hebt, bewaar je in een afgesloten bakje in de koelkast. Zo kun je er nog een dag of drie van genieten.




Bron recept: Honey&Co, Sarit Packer en Itamar Srulovich, 2013, Kosmos, hardcover, 303 blz, prijs 24,99

Dit boek is in eigen bezit en derhalve is deze post niet gesponsored



maandag 22 september 2014

Lezen en koken 50 jaar paprika


De paprika viert feest! Vijftig jaar paprikateelt in West-Europa! Reden genoeg om ze eens in een hartverwarmend zonnetje te zetten.
In 2007 startte een promotiecampagne gefinancierd met steun van de Europese Unie onder de naam Colourfultaste. Toepasselijke naam vind ik.
Op een dag plofte het boek '50 jaar paprika' in mijn brievenbus. Het neemt je mee op reis door de tijd. Over herkomst en hoe ze uiteindelijk ook ons land veroverden. Wetenswaardigheden over innovatie en teelt, tips en natuurlijk ontbreken recepten niet.



Deze kleurige vruchtgroente bomvol vitamine C is allang niet meer uit onze keuken weg te denken. Mijn gedachten schoten even terug in de tijd richting ouderlijk huis. Nu heb ik uiteraard niet zoveel eetherinneringen aan de eerste jaren van mijn bestaan, die zich in de jaren zestig afspeelden, maar in latere jaren kwam de paprika zeker op tafel.
Gevuld met rijst en gehakt is zo'n klassieker, in stukjes door de macaroni samen met de onvermijdelijke zompige hamblokjes en natuurlijk mijn moeders chili con carne die niets met het origineel te maken heeft maar wel erg lekker was.
In het kruidenrekje prijkte steevast een potje paprikapoeder. Voornamelijk gebruikt om de gevulde eieren en huzarensalade een vrolijke touch te geven heb ik het idee. Oh ja en voor de goulash natuurlijk.

En dat terwijl de paprika zo veelzijdig is. Romige soep en saus met geroosterde paprika is een genot. Sowieso ben ik fan van de geroosterde versie. Bijna altijd heb ik wel een pot staan. De oven doet het werk, daarna een kwestie van af laten koelen, ontvellen en in reepjes snijden. Hup in een pot, vinaigrette naar keuze of alleen olie erover en je kunt weer even vooruit. Ideaal!
Chutney en jam, in stoofschotels, vullen want daar blijven ze toch om roepen, Hier in huize Eetlust worden er wekelijks heel wat soldaat gemaakt.

Je hebt ze tegenwoordig in alle soorten en maten, alle kleuren van de regenboog is wat overdreven maar er is meer dan rood, groen, geel en oranje. Niet meer alleen de bekende blokpaprika
Zo heb ik in de tuin een plant met mini-paprikaatjes en ze zijn bruin! En ja dat hoort zo voor je denkt dat ik ze te lang laat hangen.
Wist je trouwens dat de nu zo hippe puntpaprika de voorloper van de blokpaprika is? Op de een of andere manier vond de consument het uiterlijk van de puntpaprika niet zo aantrekkelijk. Bruinsma Seeds liet  Leo van den Berkenmortel onderzoek doen naar een verbeterde versie. Verschillende soorten paprika's werden gekruist en zo ontstond uiteindelijk de voor de kasteelt uitermate geschikte en inmiddels overbekende blokpaprika.

Het informatieve boekje kun je online bekijken en lezen. Recepten als tempura met paprika en pestomayo, paprikajam of bijvoorbeeld gegrilde paprika met couscous en feta zijn eenvoudig te printen. Blader er maar eens doorheen, ik heb er in ieder geval weer het een en ander van opgestoken.
De paprika -tomaatchutney op bladzijde 82 is trouwens zalig al verminderde ik de hoeveelheid suiker behoorlijk. Het is maar een tip ;-)



maandag 24 februari 2014

Wortel en daikon in zoetzuur van rijstazijn uit Hanoi Streetfood

Een tijd geleden kreeg ik van de husband het boek 'Hanoi Streetfood. Koken & Reizen in Vietnam'. Een boek van Tom Vandenberghe en Luk Thys. Vandenberghe is gegrepen door Vietnam en de Aziatische keuken in het algemeen. Verschillende keren reisde hij af naar dit boeiende land waar hij inmiddels ook culinaire rondreizen organiseert.. Al deze reizen resulteerden in deze uitgave waarin hij je mee op pad neemt door de bruisende hoofdstad van Vietnam; Hanoi. Hanoi wordt ook wel het Parijs van Azië genoemd vanwege onder meer haar rijke verleden. Het bestaat inmiddels al meer dan duizend jaar.
Langs authentieke eettentjes, op bezoek bij mensen die hij daar heeft leren kennen en hem wegwijs maakten in deze bijzondere keuken met zijn vaak eeuwen- en eeuwenoude recepten en even zo lange tradities.
De persoonlijke verhalen en de achtergrondinformatie over de cultuur geven het boek dat stukje extra waar ik zo van houd.
Foto's ontbreken niet, niet alleen van de gerechten, ook sfeerfoto's die je een beetje een indruk geven van het (straat)leven aldaar.

Zoals de titel al verraadt heeft het een levendige streetfoodcultuur. Stalletjes en kraampjes al dan niet op een vaste plek in de stad om aldaar te genieten van bijvoorbeeld een kom pho bo, de beroemde noedelsoep.
Rijstpannenkoekjes gevuld met padddenstoelen, stoofpotje van tofoe en shiitake, gefrituurde scampikoekjes, rijstsoep met kip, het zijn zo van die gerechten die hier nog wel eens de keuken uit gaan rollen.
Achterin het boek staan allerlei adresjes voor de beste streetfood. Adresjes waarvan hij overtuigd is dat ze een lang leven beschoren zijn. Dat is handig als je toch eens in de buurt bent.



Tom Vandenberghe verdeelt de Vietnamese keuken in twee regio's. Het Noorden met zijn Chinese invloeden. Minder sterk gekruid maar daarentegen wordt er volop gebruik gemaakt van verse kruiden.
Het zonnige Zuiden profiteert door zijn klimaat van een groter aanbod aan producten. Heeft invloeden uit India en kan beschikken over veel tropische fruitsoorten. Tevens is dit de rijstschuur van Vietnam.

Vissaus is een vaak terugkerende smaakmaker. Iedereen die regelmatig deze saus gebruikt weet dat de reuk niet bepaald aangenaam is of onze westerse neuzen zijn er niet aan gewend dat kan ook.  De Romeinen maakten het overigens ook al en noemden het garum of liquamen. Een zoutvervanger is het en in combinatie met andere ingrediënten is het bijna altijd heel verfijnd. Niet overheersend, helemaal goed en in balans. Laat je dus niet weerhouden! Voor meer informatie over vissaus kun je het beste even op Aziatische- Ingrediënten.nl kijken. Sowieso de site waar je moet zijn bij vragen over de Aziatische keuken.

Vissaus komt in deze salade niet voor. Wel in de stoofpot die ik maakte. Met steranijs, rijstwijn, kaneel en tomaten. Ik ben echt een beetje verliefd geworden op de tintelende Vietnamese keuken. De rijke, volle welhaast ontploffende smaken met daar tegenover vederlichte ingelegde zoetzure groente maakt van de maaltijd een heus feest. Zo genoten hebben we van die stoofpot dat het op is. Geen foto dus voorlopig geen recept...sorry. Heb je het boek ook? Maak dan de stoofpot van rundvlees. Het staat op bladzijde 64.

Wel heb ik voor jullie de ingelegde wortel en daikon. Hier meestal te vinden onder de naam rettich. Een eenvoudig receptje waarbij het wel belangrijk is om de dunne reepjes wortel en rettich goed uit te laten lekken voor ze in een pot gaan met de vloeistof erover. Zo blijven ze namelijk lekker knapperig.
Doe dit door iedere keer een handvol van beide in een theedoek te stoppen, dicht te draaien en zo uit te knijpen. Of leg alles in een doek, vouw dicht, leg in een vergiet en zet er een zwaar gewicht op.  Laat het zo een half uurtje staan.



Je hebt nodig:

250 gram winterwortels - 250 gram rettich - 200 ml rijstazijn - 4 el suiker - 1 1/2 tl grof zout

Rasp de wortels en schil de rettich. Snijd beide julienne, in heel dunne reepjes dus. Dit kan met de hand, met je keukenmachine of met een speciale juliennesnijder. Net wat voor jou het gemakkelijkste is. Een beetje met de hand snijden is net als met de handen kneden wel zen. Niet te zen, dan snij je in je vingers.

De reepjes wortel en rettich in een kom doen en bestrooien met het zout. Laat het zo een half uurtje staan.
Daarna goed afspoelen en even uit laten lekken in een zeef of vergiet.
Nu pak je een schone keukendoek, legt er een haffeltje groente in, dichtdraaien en knijpen maar tot het zo droog mogelijk is. Of gebruik de methode die ik hierboven al beschreef.

Breng de rijstazijn met de suiker zachtjes aan de kook. Roeren tot de suiker is opgelost. Nu nog even voor 1/3  in laten koken . Af laten koelen.

Stop de uitgeknepen wortel en daikon in een gesteriliseerde pot, giet de vloeistof erover, deksel erop en hupsakee de koelkast in. Het blijft zo zeker twee weken goed.

Past bij bbqgerechten, verrukkelijk op een sandwich of eet het gewoon zo. In Vietnam gaat het onder andere op  Bánh My wat niets anders betekent dan belegd broodje en net als bij ons zijn de variaties eindeloos.

Voor Aziëliefhebbers is dit boek zeker een aanwinst. Ben je net als ik niet zo bekend met de Vietnamese keuken dan is het een mooie kennismaking.

Bron: Tom Vandenberghe & Luk Thys, Hanoi Streetfood - koken & reizen in Vietnam, 2011, Lannoo, paperback, 207 blz, isbn: 9789020997835

maandag 13 januari 2014

Alain Ducasse - Puur Natuur Vis Schaal- en Schelpdieren

Een informatief en speels boek met tachtig recepten die zoals het voorplat belooft eenvoudig te bereiden zijn. Bij dat laatste wil ik meteen een kanttekening plaatsen, beginnende koks lopen bij sommige recepten zeker vast. Een beetje ervaring is een must maar met wat uitdaging is ook niets mis en al doende leert men niet waar.



Niet ieder recept is voorzien van een foto maar dat vind ik geen bezwaar. Een heldere beschrijving van de werkwijze is in mijn optiek belangrijker en daaraan is voldaan. Fotolovers wees gerust, er zijn genoeg prachtige prenten te vinden.
Een minpuntje voor sommigen kan zijn dat de benodigde ingrediënten in de tekst verwerkt zijn en niet zoals we veelal gewend zijn in een kolom ernaast.
Aan de andere kant, het dwingt je wel om datgene wat je wil gaan maken meteen goed te lezen. En een goede voorbereiding is het halve werk. Naast het recept vind je nu handige tips. Aan de bovenkant de benodigde bereidingstijd plus het seizoen waarin je het gerecht het beste kunt bereiden.

Het boek is verdeeld in drie stukken zoals de titel ook al aangeeft; vis, schelpdieren en schaaldieren. Ieder gedeelte start met een soortbeschrijving, habitat en een omschrijving van het visvlees. Handig als je een alternatieve soort wil of moet gebruiken in verband met de verkrijgbaarheid. Behalve deze drie heb je ook nog het weekdier oftewel de pijlinktvis, octopus en zeekat en deze hebben ook een plekje in het boek gekregen.
Ofschoon veel recepten  Frankrijk ademen, dat krijg je met een van oorsprong Franse kok, zijn er ook Aziatische en Arabische invloeden te vinden. Van terrine van sardines naar griet met kerrie, gember, limoen en bulgur tot langoest á la nage met chardonnay, zalm in zoutkorst met koriander, makreel met komkommer en honing en hamburger van pijlinktvis.

Ducasse heeft er voor gekozen alleen vissen te gebruiken die niet bedreigd worden door overbevissing en op milieuvriendelijke wijze worden gevangen. Om er nu zeker van te zijn dat ook hier in Nederland geldt kun je altijd kijken op Viswijzer.

Vis eten wij eigenlijk te weinig, schaal - en schelpdieren lees garnalen en mosselen daarentegen weer heel vaak. Van een mooi stukje vis kan ik met volle teugen genieten maar het ontbreekt me vaak aan inspiratie. Ideeën om eens andere combinaties te maken. Uitstapjes die wellicht niet zo voor de hand liggen. Daarom wilde ik dit boek graag aan mijn verzameling toevoegen. Wijting met eekhoorntjesbrood en kastanjes, het zou niet in me opgekomen zijn. Wulken met pompoen evenmin.

Al met al een aantrekkelijke uitgave voorzien van duidelijke informatie, gedegen uitleg, een aansprekende vormgeving, foto's en illustraties. Geschikt voor iedereen die net als ik eens wat meer met vis aan de slag wil.
Ietwat ervaring in de keuken is wel een pré al zijn er ook recepten te vinden die gerust door beginners gemaakt kunnen worden. Goed lezen en durven, dan kom je al een heel eind.

Alain Ducasse, Paule Neyrot, Christophe Saintagne - Puur Natuur, Vis schaal- en schelpdieren, 2013, Fontaine Uitgevers, gebonden, 158 pag., fotografie Pierre Monetto

Te koop voor 17,95 euro

dinsdag 7 januari 2014

Wijsneus in de keuken van Julian Barnes

Sinds jaar en dag is mijn motto 'Kookboeken kun je niet genoeg hebben'. Ik houd me er ook graag aan. Dit boekje is echter geen uitgave vol likkebaardende foto's en eetlustopwekkende recepten. Geen één recept zelfs. En toch wilde ik het graag hebben. Of misschien wel juist daarom. Bespiegelingen en observaties door Julian Barnes die zichzelf omschrijft als een ietwat angstige kok.



Waarom zou je experimenteren met een recept, een recept staat niet voor niets op die manier beschreven. Zo'n gedachtegang. Hij vraagt zich bijvoorbeeld ook af waarom iedere kok tegenwoordig een kookboek uit moet brengen en dat is in zijn ogen dan nog toegestaan maar twee, of drie... en sommigen kunnen het beter maar helemaal laten..
De beschreven gerechten zijn in onze amateurkeukens negen van de tien keer onuitvoerbaar en als het enigszins lukt een behoorlijk slap aftreksel. Waarom vermoeien we ons met dit soort strapatsen, om de disgenoten te imponeren? Het beste wat je kunt doen om optimaal van de hoogstandjes te genieten is een tafel reserveren in het desbetreffende restaurant van de desbetreffende kok.

Barnes gaat er terecht vanuit dat wanneer je dan toch uit een kookboek kookt de recepten kloppen. Net als velen van ons komt hij er achter dat dat niet altijd het geval is. De prachtige, verleidelijke  foodfoto's blijken zorgvuldig gestyled en  in onze pan van voorgeschreven formaat passen helemaal geen vier karbonades met even zoveel stronkjes witlof.  Frustratie ten top in de keuken van Barnes. Lachsalvo in huize Eetlust.

Iedereen die zijn of haar eerste schreden op het kookpad zette heeft zich ongetwijfeld net als Barnes ook wel eens afgevraagd wat er nu precies bedoeld wordt met een scheutje of een drupje. Hoeveel is zo'n scheutje en hoe groot een middelgrote ui. Wat moeten we ons voorstellen bij een kopje, de Amerikaanse cup of een kopje die je in je kast hebt staan. Een vermakelijk hoofdstuk

Koken begint met boodschappen doen. Gewapend met een ellenlange lijst langs speciaalzaken voor dat ene ultieme gerecht om vervolgens te constateren dat de helft van de ingrediënten onverkrijgbaar zijn. Wat nu. Barnes weet er wel raad mee evenals met arrogante verkopers, het eten van nieuwe onbekende dingen al valt dat niet altijd in de smaak en het organiseren van etentjes.

Zeer herkenbaar is ook het hoofdstukje over de onderste la. De la die de meesten van ons hebben waar de ooit aangeschafte keukenspulletjes in weg liggen te kwijnen. Vol goede moed trek je de la open, ruimt het uit en... stopt driekwart weer terug.

Het is heerlijk om met Julian Barnes mee te kijken met zijn bevindingen. Een boek ook wat ik in één ruk heb uitgelezen met een grote glimlach op mijn gezicht. Een aanrader!

Julian Barnes - Wijsneus in de keuken, 2013,  Uitgever Atlas Contact, gebonden, 144 blz.
Te koop voor 18,95



maandag 11 november 2013

Lezen en koken uit Greendelicious Kruiden van Natascha Boudewijn

Kruiden, we gebruiken het allemaal. Is het niet vers dan wel gedroogd. Ze geven je maaltijd net dat tikkeltje extra, halen de smaak van groente op, verdiepen stoofpotten en verrijken baksels. Zonder is het maar snel een saaie boel. Veel soorten zijn heel gemakkelijk zelf te kweken. In de vaste grond of in potten. Vaak bloeien ze ook nog eens prachtig en trekken ze vlinders aan, bijen. Die twee hebben het al zo lastig, ook dat is een goede reden om met kruiden aan de slag te gaan.
Daarnaast is zelf kweken leuk en veel goedkoper. Met een zakje zaad kun je de hele familie voorzien van verse plantjes.



Natascha Boudewijn schreef eerder het boek 'Greendelicious - Puur koken met je eigen oogst' en nu is er van haar hand 'Greendelicious Kruiden - koken met kruiden uit je eigen tuin' verschenen.
Een pleidooi voor het zelf kweken, hoe kan het ook anders. Gedegen uitleg over hoe je het beste kunt zaaien, stekken en kweken met een handige verdeling over de seizoenen. Ook in de winter kun je verse kruiden oogsten, denk aan salie dus maak er gebruik van.. Ze daagt je uit om naast de o zo bekende rozemarijn, oregano, peterselie andere onbekendere soorten te proberen. Barbarakruid bijvoorbeeld, het schijnt wat weg te hebben van waterkers.
Behalve kruiden zijn ook veel bloemen eetbaar, we staan er niet altijd bij stil.  Natascha zet de goudsbloem in het zonnetje evenals de bloemen van de bergamot, dropplant en Kaapse knoflook.
Zelfs de simpelste salade fleurt er helemaal van op.
Laten we ook vooral niet vergeten dat kruiden een positief effect op je gezondheid kunnen hebben. Trek een siroopje van tijm bijvoorbeeld, het helpt bijzonder goed bij keelpijn . En de bacillen tieren welig rond momenteel!

Een mooi uitgangspunt om  je voor altijd eigen te maken is te accepteren dat je je tuin deelt met de andere bewoners. Ook jij bent als het ware een gast ook al zorg jij ervoor. Maak je niet te druk over wat opgepeuzelde plantjes, er blijft genoeg over.

Om je verder te inspireren bevat het boek recepten, vegetarische recepten wel te verstaan maar laat je daar als vleesliefhebber zeker niet door weerhouden. Limonade van de dropplant, herfstsalade van zoete en bittere kool,  witlofsoep met aardpeerchips, muntaardappeltjes uit de oven of geitenkaashapjes met bergamot, het zijn zo van die fijne extraatjes die op iedere tafel kunnen verschijnen.

Natuurlijk maakte ik een recept, twee zelfs; een taartje met schorseneren en pecannoten plus rozemarijnsaucijsjes. En die laatste deel ik met jullie. Gewoon omdat het verrukkelijk is en er weer een feestmaand aan komt waarbij de meesten zich buigen over originele hapjes en drankjes.
Saucijs? Aha hoor ik de vleeseter nu denken, dat is toch worst? Jazeker... worst van pompoen. En als er iets is waar je in deze tijd van het jaar mee om de oren geslagen wordt is het wel de pompoen.



Het recept heb ik een heel klein beetje veranderd maar dat zal geen groot nieuws zijn.

Je hebt nodig voor ongeveer 18 hapjes:

1 flespompoen - 2 sjalotjes - 1 rode peper - 1 flinke teen knoflook anders twee teentjes -1 cm gember - 3 el geraspte Parmezaanse kaas of een andere oude kaas - 1/2 el fijngeknipte rozemarijnnaaldjes - maanzaad - 6 plakjes roomboter bladerdeeg - olijfolie - 2 eierdooiers -peper en zout.

Zo maak je het:

Verwarm de oven voor op 180 graden.

Ontdooi de bladerdeeg. Je kunt ook bladerdeeg uit de koeling gebruiken, laat die in je koelkast liggen en haal het er vijf minuten voor gebruik uit.

Schil de pompoen. Een flespompoen is goed hanteerbaar, toch halveer ik het eerst, verwijder pitten en de draderige bedoening binnenin, snijd het in dikke plakken en schil ze vervolgens. Werkt prima.

Goed, de plakken snijd je in dobbelsteentjes en hussel je om met 1 eetlepel olijfolie. Spreid het uit over een met bakpapier beklede bakplaat. Schuif in de oven en bak de pompoenblokjes ongeveer een half uurtje tot ze zacht zijn. Na 20 minuten even controleren, iedere oven is anders.

Snipper de sjalotjes en snijd de rode peper in dunne ringetjes. Het zaad kun je eventueel verwijderen maar de pompoen kan het goed hebben zonder te pittig te worden.
Rozemarijn fijnhakken en de gember raspen. Verwarm in een pannetje 1 eetlepel olijfolie en bak hierin de sjalotjes tot ze glazig zijn.
Voeg gember, rode peper en rozemarijn toe. Pers de knoflook uit. Schep alles door elkaar en bak een minuut of drie mee. Zet vervolgens apart tot gebruik.

Zodra de pompoen gaar is, haal je het uit de oven. Verhoog de temperatuur van je oven naar 200 graden.

Maal de pompoen grof in je keukenmachine, met een staafmixer gaat ook prima.
Klop een eierdooier los en schep het door de pompoen. Vermeng het daarna met het sjalottenmengsel, voeg de geraspte kaas toe  en breng verder op smaak met zout en een flinke draai peper.

Verdeel 2 eetlepels van dit mengsel over de breedte van een plakje bladerdeeg. Maak er de vorm van een worstje van. Laat de randen vrij en rol het op. Zorg ervoor dat de naad naar beneden ligt.
Snijd het  met een scherp mes in drie of vier stukjes en leg het met de naad naar beneden op de bakplaat waar je een nieuw stuk bakpapier op hebt gelegd.
Ga zo door met de rest van het deeg en mengsel.

Klop een eierdooier los. Bestrijk de saucijsjes en strooi er wat maanzaad over. Ook lekker is om er samen met het maanzaad een klein beetje zeezout overheen te strooien. Niet te veel zout hoor!

Bak ze een minuut of 20 tot ze gaar en bruin zijn. Controleer regelmatig.

Dit hapje is getest door mijn eigen familie proefpanel en ze vonden het allemaal heerlijk, ook de echte vleeseters!

Voor nog meer lekkere recepten hoef je maar 1 ding te doen.
Naar de boekhandel want daar is dit boek met kleurrijke en uitnodigende foto's  te koop voor 18,75 euro.
En daarna op één van de adressen die achter in het boek vermeld worden zaad of plantjes kopen en fijn aan de slag!

Natascha Boudewijn - Greendelicious Kruiden, koken met kruiden uit je eigen tuin, 2013, Uitgever Becht, ISBN 978 902 301 392 1



donderdag 17 oktober 2013

Lezen en Koken uit 'Gereons Keuken Thuis' : Filets de porc a la Dijonnaise

Het was al even bekend, Gereon de Leeuw werkte naarstig aan zijn kookboek Deze bourgondische duizendpoot uit Brabant, al jaren en jaren wonend in Amsterdam met een deel van zijn hart in Frankrijk kookt namelijk niet alleen, hij blogt op Gereons Keuken Thuis, geeft wijnproeverijen en cursussen, werkt ook nog eens bij een aantal kookstudio's nou dan kun je wel zeggen dat je leven in het teken staat van eten en drinken.
In dit sfeervolle boekje vind je een afspiegeling van Gereons favoriete gerechten. Uiteraard voorzien van een wijnadvies. Geen foto's van de gerechten dat vindt hij niet zo nodig, iedereen die een beetje gevoel voor koken heeft, over wat vaardigheden beschikt en kan lezen is in staat zijn recepten te bereiden.
Wel krijg je een bij het recept passende kleine introductie en foto; een wijngaard, zonnige haven, een doorkijkje in de Bourgogne, een stadsgezicht zodat je precies weet waar de inspiratie is ontsproten.
Een boek bedoeld ter inspiratie, samen eten en drinken, er vooral veel over te praten, ervaringen te delen. En volg ook vooral zijn voorbeeld door een eigen draai aan recepten te geven.



Natuurlijk een leuke verzameling aan Franse heerlijkheden. Worstjes op wijze van de wijnboer bijvoorbeeld, een makkelijke versie van de jambon persillé,poulet de Bresse à la crème, mosselen in cider, zuurkool Landaise om maar iets te noemen. Maar Gereon trekt ook over andere grenzen, maakt uitstapjes naar Italië, Spanje, Turkije en Griekenland. En blijft in eigen land met hete bliksem en verse worst, een Brabants reestoofpotje.
Veel zoetigheden tref je niet aan, Gereon is niet zo'n zoetekauw maar voor Deventerkoek met peer en mascarpone maakt hij wel graag een uitzondering.

Uiteraard heb ik één van de gerechten gemaakt, de ingrediënten had ik toevallig allemaal in huis dus de keus was rap gemaakt.
Filets de porc à la Dijonnaise. Wie aan Dijon denkt, denkt zeker ook aan mosterd. Die verrukkelijke scherpe mosterd die er in huize Eetlust met vele potten per jaar doorheen gaan.



Dit heb je nodig voor 4 personen:

4 lapjes varkensfilet - 4 sjalotjes - 1 teentje knoflook - takje rozemarijn-100 ml room - 100 ml witte wijn - 2 el Dijonmosterd - flinke spriets citroensap - 4 el olijfolie - zout en peper -eventueel wat peterselie om te garneren.

Zo maak je het:

Snipper de sjalotjes en knoflook.Ris de rozemarijnnaaldjes en hak ze fijn.
Bestrooi het vlees met peper en zout.
Verhit de olijfolie in een koekenpan en bak hierin het vlees ongeveer 3 minuten per kant. Haal het vlees uit de pan en houd warm op een bord met wat alufolie erover. Of zet het in een oven van 100 graden.
Fruit de sjalotjes, knoflook en rozemarijn in het achtergebleven bakvet. Giet de witte wijn erbij, laat uitbruisen en kook het gedurende een minuut of drie een beetje in.
Roer de room, mosterd en citroensap door elkaar en giet het in de pan. Lekker vermengen en op gematigd vuur warm laten worden.
Het mag niet koken. Nu de lapjes er weer bij met het vrijgekomen sap. Wentel even door de saus en dan kunnen we opdienen.

Je kunt de lapjes ook meteen op het bord leggen en dan wat saus erover scheppen natuurlijk. Maak het ook eens met kip of konijn en vervang de Dijon door grove mosterd.
Gebakken aardappelen erbij met meegebakken ui en rozemarijn, haricots verts en je hebt een heerlijke maaltijd.

Nieuwsgierig geworden naar 'Gereons Keuken Thuis'?
Het boekje kost 20 euro exclusief verzendkosten en je kunt het hier bestellen.

Gereon de Leeuw - Gereons Keuken Thuis, Atlantis Media, 2013, 83 pag., omslagontwerp Fenny Kusumawardani

maandag 14 oktober 2013

Lezen en Koken : Bialy uit New York, Recepten uit de Big Apple

Laat ik het maar meteen zeggen, er omheen draaien heeft geen enkele zin. Wat een geweldig leuk boek heeft Marc Grossman afgeleverd. New York, recepten uit de Big Apple.




Vorige week overhandigde de postbode het aan me en zodra ik het van de verpakking had ontdaan was ik gegrepen.  De zonnige gele cover is een ware eyecatcher, de foto's in het boek doen je bijna meteen een ticket boeken en de recepten jagen je de keuken in. Wat fijn dat Marc Grossman als expat in Parijs zijn favoriete New Yorkse gerechten miste, de delicatessezaken en de eethuisjes. Anders was dit sfeervolle boek er niet geweest. Fijn extraatje; achter in het boek staan de adressen vermeld. Mocht je eens in NY zijn dan kun je mooi een culinaire tour doen. Zullen we het alvast de Grossmantour dopen?

De verdeling tussen hartige en zoete gerechten is mooi in balans, iets waar ik als niet zoetekauw erg blij mee ben. En zelfs al sloeg het meer door naar de zoete kant, ik zou er mee kunnen leven.
Van dit boek word ik vrolijk. Zo vrolijk zelfs dat ik zaterdag helemaal los ging. Bialy, een soort bagels, chocolate rugelachs, onion rings en gisterochtend pancakes voor zoonlief die het weekend thuis was en dus enorm met zijn neus in de boter viel.

Van Matzo ball soup tot corned beef, van eggs over easy, slow pickles, bagels, caesar salad, graham crackers tot doodles, deli mustard, spaghetti & meatballs,  NY cheesecake, hamburgers en latkes, het staat er allemaal in.
En ik kan dus even vooruit want inmiddels is gebleken dat de recepten kloppen als een bus, ook niet geheel onbelangrijk.

Bagels kennen we allemaal. Best verleidelijk ze te bakken maar mijn oog viel op de bialy. Familie van de bagel alleen hoef je ze niet te pocheren en in plaats van een gat in het midden hebben ze een kuiltje waar je ook weer wat lekkers in kunt stoppen, in dit geval ui en maanzaad.
Mijn nieuwsgierigheid was gewekt, bagels heb ik inmiddels al heel wat keren gebakken en ja ik weet het er staat nog steeds geen recept op dit blog.

Aan de slag met bialy's!



Je hebt nodig:

400 gram bloem - 7 gram instant gist - 1 el zout - 250 ml lauw water - 1 el olijfolie.

Voor de 'vulling':
3 el olijfolie - 1middelgrote ui - 1 koffielepel maanzaad - 1 tl zout

Zo maak je ze:

Zeef de bloem boven een kom en vermeng met de gist en het zout. Meng het lauwe water met de olijfolie en voeg de bloem hieraan toe.
Tien tot vijftien minuten goed kneden tot je een homogeen en soepel deeg hebt. Dit gaat uiteraard ook prima in je keukenmachine. Ook met de broodbakmachine gaat dit uitstekend, gebruik dan wel alleen de kneden stand en kneed daarna nog een paar minuten met de hand door.

Maak van het deeg een bal. Vet een kom lichtjes in. Leg de bal deeg er in, dek af met plastic folie en laat ongeveer anderhalf uur op kamertemperatuur rijzen. In ieder geval tot het volume verdubbeld is. Ik zet het trouwens altijd in de oven, daar staat het lekker tochtvrij. De oven niet aanzetten he :)

Na het rijzen verdeel je het deeg in zes gelijke stukken. Rol er balletjes van en druk ze een beetje plat.
Leg ze op een bakplaat die je bekleedt met bakpapier. Op dat papier strooi je wat bloem.
Plooi de randen van de bialy's een beetje naar het midden toe en druk nog een keer plat.
Bestrooien met bloem, wederom afdekken en nog een uur op kamertemperatuur laten rijzen.



Snipper intussen de ui en fruit het samen met het maanzaad in 2 eetlepels olijfolie. Beetje zout erbij voor de smaak. Zet apart.
Verhit de oven vast voor op 225 graden.

De bialy's zijn weer gegroeid tijdens de tweede rijs. Druk ze nog een keer een beetje plat met je handpalm, zet iets meer druk in het midden zodat er een kuiltje ontstaat.
Schep in ieder kuiltje wat van het uien/maanzaadmengsel en bestrijk de broodjes met de rest van de olijfolie.

Bak ze 10 à 15 minuten tot ze bruin en gaar zijn. Laat afkoelen op een rooster.

Hoe smaken ze? Dit zijn goede broodjes! Vullen als een malle dat dan weer wel dus de volgende keer maak ik iets kleinere exemplaren. Een bagel is aantrekkelijk door de knapperige korst, deze zijn zachter maar wat mij betreft mag de bialy zijn bekendheid terug krijgen.

Mackerel Bialy

In New York wordt dit broodje blijkbaar bereid met verse makreel. Maar van Marc Grossman mag gerookte ook, doet hij namelijk ook. Zo gezegd zo gedaan.

Ontdoe een niet al te grote gerookte makreel van kop, vel, staart en graten. Pluk in kleine stukjes.
Vermeng het met een kwart venkelknol in kleine stukjes, een halve gesnipperde ui, 1 eetlepel mayo, snufje zout en peper en 1 eetlepel crème fraîche. Dat laatste moet eigenlijk dikke room zijn maar dat had ik niet, crème fraîche wel dus dan is de keuze niet zo moeilijk.

Snij de broodjes open, beleg met wat sla, flink wat van de makreel en een paar plakjes augurk.

New York, een boek voor iedereen die lijdt aan heimwee naar deze stad. En ook voor iedereen die er nog nooit is geweest. Aanwinst!

Marc Grossman - New York, recepten uit de Big Apple. Fotografie: Akiko Aida en Pierre Javelle. Illustraties: Jane Teasdale. Uitgever: Good Cook. 2013.

donderdag 26 september 2013

Review: Simple Pleasures van Annabel Langbein

Vlak voor onze vakantie lag het in de bus; 'Simple Pleasures', het nieuwe kookboek van Annabel Langbein. Hot en booming in Nieuw Zeeland maar ook ver daarbuiten zoals hier in ons eigen kikkerlandje.Koken volgens de seizoenen, het liefst zoveel mogelijk biologische producten gebruiken van lokale ondernemers en uit eigen tuin.

Een boek om uit te proberen, er een feestelijke toestand van te maken en vervolgens jullie natuurlijk lekker te maken. Dat is het doel van ieder kookboek toch?
Laat ik je dit vertellen dat lukt absoluut met dit  boek vol prima maakbare, smaakvolle recepten, gegarneerd met fijne foto's, een toefje achtergrondinformatie, een bedje van persoonlijke verhalen. Precies die ingrediënten die een kookboek voor mij aantrekkelijk maken. Het nodigt uit tot koken, je krijgt zin om die keuken in te duiken.

Nog niet zo lang geleden had ik nog nooit van Annabel Langbein gehoord, ja een beetje vaag in de verte hoorde ik het wel eens fluisteren. Het gefluister werd langzaam een wild geraas, enthousiaste verhalen bereikten mijn oren. Nu ik dit boek aan mijn collectie toe heb kunnen voegen snap ik het enthousiasme ook.  Recepten die door iedereen te maken zijn, vaak met een leuke twist of variatiemogelijkheden en handige tips.
Een fijne variatie in vis en vlees, groente, zoete lekkernijen, stoofpotjes en verfrissende drankjes onderverdeeld in hoofdstukken als 'Van de boerderij' , 'Uit de boomgaard', 'Uit meer en zee'.
 
Een klein nadeel kan voor sommigen zijn dat de recepten uitgaan van minimaal zes personen, je moet dus wel een beetje kunnen rekenen en spelen met ingrediënten om het geschikt te maken voor 4 personen of 2. Een vriezer brengt in veel gevallen ook uitkomst. Heb je voor de volgende keer zonder al teveel moeite ook weer wat lekkers.



Vorige week vierden we een klein feestje in familiekring aangezien ik weer een jaartje ouder ben geworden. Een prima gelegenheid eens wat baksels en kooksels van Annabel op tafel te zetten.
Het zal geen nieuws zijn als ik zeg dat we in Huize Eetlust dol op hartige taarten in alle verschijningsvormen  zijn.
In dit boek staan er twee die ik moest maken. Eentje met gekruid gehakt en kerstomaatjes en eentje met courgette, feta, pijnboompitten en weer kerstomaatjes.Allebei met een bodem van olijfoliedeeg. Twee keer kerstomaatjes vind ik overdreven dus bij de laatste liet ik dat achterwege. Was ook zo vrij de courgette niet zoals voorgeschreven te raspen maar heel klein te snijden. Dat valt onder de categorie 'Gemak' .
Allebei vielen ze bij mijn familie enorm in de smaak. Blijvertjes dus.

Bij een buffetje vind ik het vaak ook handig een stapel sandwiches te serveren. Gelukkig is Annabel daar ook wel voor te porren en zo maakte ik ook nog een salade van gepocheerde kip en bleekselderij om tussen de boterhammetjes te stoppen.



Nu staan er nog heel wat recepten op me te wachten, ham met chili  abrikozenglazuur bijvoorbeeld, gratin van kip en prei, hazelnoottaartjes, chocokoek, zalmconfit...
En ik heb al zo'n waslijst aan nieuwelingen.

Ben blij Annabel te hebben ontdekt. 'Simple Pleasures' is een fijne aanvulling op de niet geringe verzameling. Een boek om vaker te pakken en er ook iets mee te doen, iets dat ik niet van ieder kookboek kan zeggen.

Het boek is inmiddels te koop en kost 25 euro.

ISBN 9 789000 321186

woensdag 7 augustus 2013

Lezen en koken: Madhur Jaffrey - Curry Bijbel

Het is alweer eventjes geleden dat ik jullie voorstelde aan een boek uit mijn boekenkast. Met dit boek ging dat ook lastig want ofschoon ik het al een paar jaar in bezit heb, was het uit logeren. Sinds het afgelopen weekend is het weer thuis en jeu ik ben blij! Om maar meteen met slecht nieuws te komen, het boek is inmiddels erg lastig verkrijgbaar. Engelse versies zijn nog te koop maar voor een boek in het Nederlands moet je de tweedehands markt op. Toch kon ik het niet nalaten om dit boek  met jullie te delen.

Madhur Jaffrey verzamelde meer dan 200 recepten. Niet alleen uit India, ook uit onder meer Thailand, Zuid-Afrika, Maleisië, Indonesië, Kenia en Guyana. Wat het boek extra aantrekkelijk maakt is de gedetailleerde achtergrondinformatie.
Jaffrey heeft zowel in Engeland als de VS gewoond en reisde daarnaast over de hele wereld waardoor ze op zes continenten curry's heeft kunnen proeven en ontdekken. Gerechten die allemaal hun oorsprong in India hebben.



India is lang onderdeel geweest van het Britse Rijk. Indiërs zwermden al dan niet vrijwillig uit over de hele wereld. Maar vergeet ook de Nederlanders niet, zij waren van de 17e tot de 19e eeuw verantwoordelijk voor het transport van bijna 40.000 slaven naar Zuid-Afrika. Deze slaven werden tewerkgesteld in de akkerbouw, de wijnbouw maar dienden ook als huisslaaf. Hierdoor kwam de Indiase keuken ook op de andere continenten terecht. De vertrouwde ingrediënten waren uiteraard niet overal verkrijgbaar en zo ontstonden nieuwe varianten. Maar ook de bevolking ter plaatse maakte kennis met de Indiase gerechten en gaf er wederom een eigen draai aan.
In iedere curry waar ter wereld ook gemaakt zit de Indiase rode draad ontdekte Jaffrey. Ze beschrijft de culinaire geschiedenis vanaf de prehistorie, een fascinerend hoofdstuk van 26 pagina's.


Al in de 16 eeuw werd er in Britse geschriften verwezen naar curry's en  in 1747 werd er een recept opgenomen in de vijfde druk van The Art of Cookery Made Plain and Easy van Hannah Glasse.
Wat 'De Chinees' is hier in Nederland, zijn het in Groot-Brittannië de Indiase restaurants.Al in 1809 opende in Londen het eerste restaurant, het bleek toch wat te voorbarig ondanks de liefde van de Brit voor de curry en het sloot dan ook alweer in 1812.

Los van al deze wetenswaardigheden besteedt Jaffrey ook uitgebreid aandacht aan productkennis vaak nog overgoten met een persoonlijk sausje, een legende of nog wat extra geschiedenis.

En dan de recepten. Ofschoon het  Curry Bijbel heet omvat het veel meer. Droge curry, natte curry, lange bereidingswijzen, snel klaar versies, chutney, relish, van vlees tot vis, gevogelte, groente, peulvruchten  en ei, het staat er allemaal in. Maak je eigen kerriemengsels, kerriepasta en Indiase platbroden. Ga los met chutney, pickles, raita en rijstgerechten. Trek Nepalese kaneelthee of maak een frisse gember-lassi..
Nieuwsgierig naar Maleisische garnalensoep met noedels of  Gujarati-mangosoep? Een heel hoofdstuk is gewijd aan de kebab, de spiezen met kruidige gegrilde vis, lam, rund of gevogelte.

Sommige recepten bevatten een waslijst aan kruiden en specerijen, laat je daar niet door weerhouden, het gros heb je vast al in huis en de rest is bij de toko verkrijgbaar of anders  bij een specialist in kruiden als De Kruidenkaravaan.
Het boek bevat veel foto's maar mensen die bij ieder recept een plaatje wensen moet ik teleurstellen. Het 352 pagina dikke boek zou daardoor ook niet meer te hanteren zijn.
De uitleg van de recepten is bondig en duidelijk, keurig verdeeld in stappen. Dat geldt ook voor  de ingrediëntenlijsten. Dat maakt het boek geschikt voor iedereen die houdt van deze geurige gerechten.

Voor mij is dit een perfect boek, het beste uit twee werelden. Een stuk geschiedenis, productinformatie, een persoonlijk tintje en de mooie authentieke recepten waar je een leven lang plezier van hebt.


Madhur Jaffrey - Curry Bijbel, 2004, Kosmos Z&K Uitgevers,  ISBN 90-215-4295-1



woensdag 10 april 2013

Gastronomisch Woordenboek van Tony Dumoulin, een must have voor iedere kookliefhebber

Enkele jaren geleden kreeg ik het cadeau, dit Gastronomisch woordenboek van Tony Dumoulin. Als liefhebber van de Franse keuken en Frankrijk in het algemeen een mooie aanwinst.
Google ten spijt, een naslagwerk is altijd handig.  Even snel een betekenis opzoeken zonder te verdwalen in de vele extra informatie die Google meestal oplevert waardoor je vaak weer minimaal een half uur verder bent.


Met ruim zevenduizend verklaringen, benamingen, technieken,  bereidingswijzen, uitdrukkingen en betekenissen van Franse woorden die uiteraard betrekking hebben op eten en drinken is dit boek een must voor liefhebbers van de Franse keuken.
Om een zo compleet mogelijk beeld te krijgen is Tony Dumoulin ook uitgeweken naar andere Franstalige gebieden als België, Zwitserland en Canada.
Gerechten, ingrediënten, producten kunnen per streek anders benoemd worden, ook dit is in het boek opgenomen om verwarring zoveel mogelijk te voorkomen.
In Nederland zijn veel benamingen streek- of plaatsgebonden, kun je nagaan hoe dat in een groot land als Frankrijk het geval is. Vooral streken als de Elzas, Provence, Normandie en Bretagne hebben er een handje van.

Het grootste deel van het boek beslaat een vertaling van het Frans naar het Nederlands, een kleiner gedeelte is gereserveerd voor de andersom versie. Het deel Nederlands-Frans moet je meer zien als vertaalwoordenboek, een woordenlijst. waar je overigens uitstekend mee uit de voeten kunt.
Veel gebruikte kooktechnieken zijn afkomstig uit het Frans en de benamingen zijn inmiddels ingeburgerd  in onze Nederlandse keuken. Denk aan larderen, liaison, salpicon en we maken nog steeds fond en bouillon, een marinade. Waar je voor de eerste drie termen misschien nog wel dit boek nodig hebt, de laatste drie kent en gebruikt iedereen om over woorden als delicatesse en gelatine maar te zwijgen.

Voor alle duidelijkheid, dit is dus geen kookboek. Je vindt er geen recepten, wel beschrijvingen van gerechten. Pommes Alphonse, rigodon ook wel rigaudon genoemd, tournedos abrantés, civet de marcassin en wat is carmélite? Carmélite is een prachtige naam voor een gerecht met koud gevogelteborst met chaud-froidsaus of met gepocheerde eieren in een deegbodem met mosselen met een witte wijnsaus.
Zoek bijvoorbeeld op oesters, huîtres en je krijgt een omschrijving van deze weekdieren voorgeschoteld plus de bestaande soorten plus de diverse gerechten plus het te hanteren materiaal. Handig toch!
Neem dit boek mee op vakantie en menukaarten, (super)markten hebben voor jou geen geheimen meer. Het 'Gastronomisch Woordenboek' mag eigenlijk niet in de verzameling van iedere kookliefhebber of fanaat ontbreken

Het boek is nog normaal verkrijgbaar.
Dumoulin, Tony. Gastronomisch Woordenboek, Kosmos-Z&K Uitgevers,  2002, 4e druk ISBN 9021595168

dinsdag 26 februari 2013

Schransen en schraalhansen door de eeuwen heen

Rondom eten en drinken zijn vele, vele boeken verschenen niet alleen gevuld met recepten en informatie om ons te leren koken, kennis te laten maken met ingrediënten uit de hele wereld maar ook over achtergrond, geschiedenis.
Het boekje 'Schransen en schraalhansen' uit 1992 van Peter Nijssen behandelt in vogelvlucht het ontstaan van eetgewoonten, tafelmanieren, taboes, mythen,rituelen en gebruiken  vanaf de oudheid tot de jaren negentig van de vorige eeuw.
Dit doet hij op een onderhoudende en duidelijke manier waardoor het boek heel prettig leest.



Tijdens de landbouwrevolutie in De Late Steentijd tussen 8000 en 2700 voor Christus gaven de mensen in het Nabije Oosten langzaam maar zeker hun jagersbestaan op en vestigden zich op vaste plaatsen in het vruchtbare gebied. Stammen eisten de territoria op waaraan zij hun voedsel ontleenden. In deze tijd ontstonden de eerste regels en gebruiken rondom het samen eten niet alleen met de eigen familie of stamgenoten ook met mensen van buitenaf.

Het Oudfranse woord 'compagnon' betekent niets meer of minder dan 'persoon met wie we het brood delen'. Samen eten versterkt banden en vriendschappen en stelt je in staat tot het sluiten van verbonden. Aan tafel is vijandschap uit den boze wat niet wil zeggen dat voedsel nooit gebruikt werd om het leven van je tafelgenoot te verkorten.

In de westerse wereld zijn we tegenwoordig gewoon om met mes en vork te eten, wordt boeren als onbeschoft beschouwd evenals smakken, praten terwijl je aan het kauwen bent en je eten naar binnen schoffelen bekijken we ook met opgetrokken wenkbrauwen.Dat het te maken heeft met veranderende inzichten in hygiëne en omgangsvormen zal duidelijk zijn. Aan de hand van tijdsbeschrijvingen krijg je een goed beeld.
Zoals zo vaak gaven de 'hogere' kringen de aanzet, te beginnen aan het hof , vervolgens werd het opgepikt door de gegoede burgerij en uiteindelijk kwam het bij 'gewone' volk terecht al dan niet met bemoeienis van de mevrouwen die het gepeupel graag de nieuwe normen en waarden op wilden dringen.

Ook in de twintigste eeuw waren eetgewoonten aan veranderingen onderhevig. Wat je van dichtbij haalt is lekker veranderde in wat van ver weg komt smaakt beter. Recepten vanuit de hele wereld bereikten langzaam maar zeker ook de Nederlandse keukens mede dankzij de opkomst van 'De Chinees', 'De Italiaan', 'De Mexicaan' enzovoorts. Waar uit eten gaan vroeger vaak voorbehouden was aan feestelijke gebeurtenissen gaat men nu ook even een hapje eten wanneer men geen zin heeft om te koken. Of we halen frietjes, een broodje shoarma en dergelijke en eten we dus weer lekker met onze handen.

Voor iedereen die geïnteresseerd is in culinaire geschiedenis is dit een boeiend boekje, het enige probleem is dat het niet meer standaard te koop is. Je moet er tegenaan lopen. Maar in de loop der jaren zijn er vele boeken verschenen over culinaire geschiedenis, dit stukje is dan ook bedoeld om je wellicht op een idee te brengen.

Ga voor historische inspiratie vooral eens kijken op Coquinaria, hier vind je vele voorbeelden van interessante literatuur maar ook artikelen, recepten en meer. Aanrader!

Nijssen, Peter - Schransen en schraalhansen, 1992, Amber, 90-5093-222-3



maandag 18 februari 2013

Pastel de choclo oftewel Chileense maispastei

Met de AVG (aardappels-vlees-groente) cultuur ben ik niet opgegroeid, iets wat ik in mijn jeugd  met puberale pedanterie zo af en toe graag verkondigde. Het is allemaal goedgekomen, dit illustere trio weet ik op zijn tijd best te waarderen.
Heel lang geleden, ik weet niet eens meer hoe lang kocht ik een kookboek over de Zuid - en Midden Amerikaanse keuken, een boek dat inmiddels half uit elkaar hangt. Deels omdat ik er vrij veel uit gemaakt heb, deels omdat de kwaliteit niet geweldig is. Het kostte dan ook niet zoveel. Om de boel bij elkaar te houden is de band inmiddels vele malen geplakt met tape, dat neemt niet weg dat bladzijde 40 nu ergens in het begin zit.


Uit dit boek komt de Chileense maispastei, een  ovenschaal gevuld met gehakt, hardgekookt ei, rozijnen en kip bedekt met een laag maiskorrels.  Je kunt er ook nog zwarte olijven bijdoen, voor dit recept geldt ook dat een ieder zijn of haar eigen variant maakt.
Kinderen vinden het vast ook lekker, het is heel mild en de rozijnen geven een zoetje. De hoeveelheid is voldoende voor 3 personen als je er een flinke salade bij serveert, geef je er ook nog rijst bij dan kunnen 4 personen ervan eten.


Je hebt nodig:
300 gram rundergehakt - 250 gram kipfilet - 1/2 liter kippenbouillon - 3 hardgekookte eieren -1 ui - 1 blik mais van 300 gram (uitlekgewicht 285 gram) - 2 tl tijm - 1tl basilicum - 2 eieren - 200 ml melk - 4 el rozijnen - zout en peper - eventueel wat gemalen chilivlokken - olie - beetje boter.

Zo maak je het:

Verwarm de oven voor op 175 graden.
Vet een ovenschaal licht in met wat boter.

Laat de mais uitlekken en kook het in de melk gedurende 5 minuten. Laat het dan afkoelen tot lauw.
Pocheer de kipfilet in de bouillon zo'n 10 minuten, even checken of het daadwerkelijk gaar is. De kipfilet uit het vocht nemen en op een bord afgedekt met alufolie leggen.
Snipper de ui en bak het in 1 el olie glazig.  Voeg het gehakt en de tijm toe en bak het rul en gaar. Breng op smaak met zout, peper en wat gemalen chilivlokken.
Snij de kipfilet in kleine stukjes.

Kluts 2 eieren met de basilicum en wat peper en zout en roer dit door de mais met melk
Pel de eieren en snij in dunne plakjes, lang leve de eiersnijder.


Schep het gehakt in de ovenschaal. Verdeel hier de plakjes ei over.
Strooi de rozijnen erover en verdeel vervolgens de kipblokjes over de rozijnen.
Giet het maismengsel over de kip, leg er wat klontjes boter op en schuif 30-40 minuten in de oven.


Het was heel lang geleden dat ik dit gemaakt heb, zo lang dat dochter die kwam eten het gerecht was vergeten tot ze een hap nam. De rozijnen en plakjes ei brachten de herinnering terug. Ze heeft 2x opgeschept, zegt genoeg toch?



Bron: De Zuid- en Midden Amerikaanse keuken, Rebo Productions Sassenheim

donderdag 22 november 2012

Artacucina 2 - Aan tafel met Galerie Artacasa

Al snuffelend bij Galerie Kunstproeven in Stein viel mijn blik op dit boek 'Artacucina 2, aan tafel met Galerie Artacasa'. Kunst en recepten! Prachtige  schilderijen, keramiek en eetlust opwekkende hete thaise kip, paté met pruimen of een geitenkaastaartje, dat roept bij mij maar één reactie op: Kopen, hebben!
Nu wil het geval dat ik daar was met mevrouw Waalre, zij zag me in het kunstkookboek bladeren, nam de hebzuchtige blik in mijn ogen waar en keutelde gezellig met me naar voren waar ik wilde afrekenen, griste vervolgens het boek uit mijn handen waardoor ik haar heel even verbluft aanstaarde.
Al snel begon er een lampje te branden en ik was afgelopen zaterdag, toen de husband en ik onze verjaardagen vierden, niet echt verbaasd door de inhoud van het mooi ingepakte cadeautje. Ik had er bijna 2 maanden op moeten wachten....Het was het wachten meer dan waard.



Artacasa is een galerie met figuratieve kunst en objecten  in Amsterdam, na het grote succes van hun eerste kookboek 'Artacucina. Een kijkje in de keuken van Galerie Artacasa.' verscheen dus dit tweede deel en inmiddels is ook deel 3 alweer gelanceerd 'Artacucina 3 - Op pad met Artacasa.' Tot januari is daar een expositie aan gewijd met uiteraard kunstwerken van de kunstenaars die meewerkten aan het boek.

Artacucina 2 bevat naast likkebaardend lekkere recepten natuurlijk ook kunstwerken van kunstenaars die aan Artacasa verbonden zijn. Een aantal schilderijen en objecten  in het boek zijn voorzien van een anekdote van de kunstenaar met daaraan gekoppeld een recept.
Zo verhaalt Koos ten Kate over de nieuwe Kroatische buurvrouw Jadranka die hem steevast Kaas noemde ookal had ze uiteindeljik door dat dat nu bepaald geen doorsnee Nederlandse naam is. Erbij een recept voor Vanilin Kiflici (koekjes van Jadranka) en op de linkerbladzijde het schilderij.
Passie en liefde spat het boek uit,  en daar hou ik dus van.

De duidelijk beschreven recepten in het boek nemen je mee op wereldreis, van baba hanoush en oefs en meurette naar lammetjespap, frambozentaartjes, tomatentaart van Jet en sopa de marisco.
Op de site van Artacasa kun je goed zien hoe de kunstkookboeken opgebouwd en ingedeeld zijn en kun je genieten van de schilderijen

Het boek eindigt niet voor niets met de woorden:
Kunst moet een feest zijn, net als eten!

Artacucina 2- Aan tafel met galerie Artacasa. 2009, Samengesteld door Wiebke van der Scheer & Margré Meijer, uitgever Scriptum, 176 blz, ISBN 978 90 5594 685 3

Galerie Artacasa
Kerkstraat 411_HS
1017 HX Amsterdam

woensdag 7 december 2011

Kipcurry à la 'Chez Adriaan'



Absolute aanrader

Afgelopen week heb ik het kookboek 'Chez Adriaan' gekocht, een boek met 98 recepten plus columns van Adriaan Jaeggi. Jaeggi volgde ik altijd met veel plezier  in de Volkskrant. Zijn hilarische bijdragen waren altijd een goed begin van de dag. Helaas overleed hij in 2008, slechts 45 jaar oud.
Maar nu is er dit boek! Veel columns riepen de welbekende aha erlebnis op en weer heb ik regelmatig vreselijk moeten lachen.



Zoals de achterkant vermeldt: "Een kookboek over kreeften en kippenlevers, sexy tantes en spruitjes, en curry's die zo heet zijn dat een huisvriend tussen zijn gesmoorde snikken door piept: 'Het fijne van bij jou eten is dat je telkens zo opgelucht bent als het op is.""
En die curry gaan we maken, wel wat minder pittig....

Voor 4 personen heb je nodig::
4 ons kipfilet - 2 middelgrote rode uien of 1 grote - 2 teentjes knoflook - stukje gember van ongeveer 5 cm - 2 rode pepers - 300 ml kokosmelk - olie- 2 ons diepvrieserwtjes - limoensap - koriander - Patak's medium hot currypasta, ik heb 'Balti' gebruikt, eigenlijk voor lamsvlees maar dat mag de pret niet drukken.

Voor erbij:

Naan- Rijst - Raita - Komkommer - Chutney - Ei




Zo maak je het: 
  1. De kipfilet  in blokjes snijden
  2. Ui snipperen en de teentjes knoflook fijnhakken
  3. Zaadlijsten uit de pepers halen en de rode pepers in stukjes snijden
  4. Gember fijnsnijden of raspen
  5. In een pan een beetje olie verhitten en de kip al omscheppend bruin bakken
  6. Kip uit de pan halen en op een bord leggen.
  7. In dezelfde pan de ui,knoflook, pepers en gember fruiten
  8. De currypasta toevoegen. Voor de hoeveelheid pasta volg je de aanwijzingen op de pot of het pakje en verder gewoon je eigen smaak. Even mee laten bakken.
  9. De kip toevoegen plus de kokosmelk en het limoensap.
  10. 15-20 minuutjes lekker laten sudderen.
  11. Na 10 minuten de erwtjes toevoegen. Ik gebruik altijd extra fijn die zijn snel klaar.
  12. Even proeven of er nog wat zout bij moet. Ik vind van niet maar smaken verschillen zoals men weet.
  13. De liefhebbers van koriander strooien er flink wat koriander overheen.
  14. Opdienen met gekookte rijst en wat dingetjes die je lekker vindt uit 'Voor erbij'.
Tot slot: 'Chez Adriaan'  98 makkelijke recepten uit de keuken van Adriaan Jaeggi is te vinden bij iedere gerenommeerde boekhandel. 
ISBN/EAN : 9789046810866
Uitgeverij Nieuw Amsterdam. Illustraties: Floris Tilanus