donderdag 30 januari 2014

Ovenschotel met aardappel-bloemkoolpuree, gehakt, bloemkoolcrumbs en amandel

Reizen met de trein vind ik totaal niet vervelend. Op mijn gemak met een tijdschrift in een hoekje kruipen, af en toe naar buiten staren naar het voorbij snellende landschap. Gewild of ongewild gesprekken opvangen waarbij ik me regelmatig verbaas. Sommige mensen bespreken op luide toon hun besognes alsof ze gewoon thuis zijn. Over de eksterogen van Marie hoef ik niets op te vangen hoor, of de vechtscheiding van een ander. Afijn, vaak is het wel vermakelijk.
Staan vernikkelen op het perron vind ik wat minder. En daar was ik gisteren toch aardig mee bezig. O, wat was het koud!  Bij terugkomst in Tilburg maar extra hard naar huis gefietst.  Op naar de warme kachel, verwarming bedoel ik.
En op naar een spicy ovenschoteltje voor wat warm getintel. Het hielp.

Zo'n schaal met smeuïge puree en gehakt roept wel om een tegenhanger vind ik. In de vorm van een korstje van paneermeel of kaas, een knappertje om een Olvaritbeleving te ontwijken.
Dat heb ik deze keer gedaan met bloemkoolkruimels en geschaafde amandel. De rauwe bloemkool roostert lichtjes en je behoudt de bite. Ga ik vaker doen!





Deze hoeveelheid is voldoende voor 3 personen.

Je hebt nodig:

500 gram kruimige aardappels  - halve bloemkool voor de puree - paar roosjes voor de kruimels - 300 gram rundergehakt - 1 grote ui - 1 winterwortel - 1/2 bakje champignons - 2 teentjes knoflook - 2 bosuitjes - 2 el ketjap manis - 1 koffielepel sambal oelek - 1/4 tl gemalen komijnzaad - 1/4 tl gemalen sereh - 1 koffielepel kerrie - 1 el geschaafde amandel - peper en zout - klontje roomboter - scheutje melk - 1 el zonnebloemolie

Zo maak je het:

Oven voorverwarmen op 200 graden.

Schil de aardappels en snijd in stukken. Maak de bloemkool schoon en verdeel de roosjes in iets grotere stukken dan de aardappel. Kook ze samen gaar in een pan met niet teveel water. Stomen kan ook natuurlijk.
Giet af en laat even uitwasemen. Stamp er een puree van met wat boter en een scheutje melk. Breng op smaak met de kerrie, peper , zout en serehpoeder.

Snijd de bosui in ringetjes en schep het door de puree. Zet de puree weg tot gebruik.

De ui in halve ringen snijden en de champignons in plakjes. De winterwortel eerst schrappen, in de lengte halveren, in reepjes snijden en vervolgens in blokjes. Knoflook snipperen.
Verhit de olie in een koekenpan en rul hierin het gehakt. Wortel, ui, champignons en knoflook erbij. Omscheppen en een paar minuten zachtjes meebakken.
Ketjap, sambal en komijn toevoegen en nu een klein kwartiertje zachtjes laten sudderen.

Mooi moment om wat bloemkoolroosjes tot kruimels te verwerken. Snijd ze eerst in heel dunne plakjes en hak het vervolgens fijn. Gaat heel snel, fluitje van een cent.

Vet een ovenschaal lichtjes in.
Verdeel het gehakt over de bodem, vervolgens gaat de puree erop. Verdeel de bloemkoolkruimels erover en bestrooi met het amandelschaafsel.
Zet het 30 minuten in de oven. Af en toe even kijken of de amandel niet te donker wordt. Dan kun je het beter even afdekken met wat alufolie. Hier was dat niet nodig.

Tijd om aan tafel te gaan!

dinsdag 28 januari 2014

Pad Thai met garnalen (Foodblogswap januari 2014)

De afgelopen weken was ik regelmatig in Los Angeles, heb er genoten zeg! Een afstand van niets in deze moderne tijden. Daarnaast luilekkerland voor lekkerbekken. Van Nederlandse pot, Amerikaanse ontbijtjes tot Aziatische keuken en snacks voor bij de buis terwijl je gebiologeerd naar de Super Bowl staart.
Ah, ik wil zo terug.

En.. dat kan. Jij ook! Zomaar vanuit je stoel kun jij iedere dag een graantje LA meepikken en wel via Ellen van het blog In my Red Kitchen. Ellen woont namelijk in LA en ze laat je graag meekijken met haar belevenissen aldaar. Ze schrijft in het Nederlands en sinds ze daar woont ook in het Engels. Klaar om de VS te veroveren.
Vaste bezoekers hebben het wellicht al in de gaten. Het is weer tijd voor de foodblogswap. Het afleggen van een virtueel bezoekje aan een medeblogger, recept zoeken, koken, foto, schrijven en publiceren.
Ik vind het geweldig leuk om te doen. Toen ik zag dat dit blog mij was toebedeeld maakte mijn hart een sprongetje. Ellen weet wel wat lekker is namelijk

Het was lastig kiezen maar uiteindelijk koos ik Pad Thai met garnalen. Omdat een garnaal er altijd wel ingaat en het volgens mij een eeuwigheid geleden was dat ik Pad Thai maakte. Het enige wat ik wel achterwege liet was, het zal u niet verbazen, de koriander.



Deze hoeveelheid is voldoende voor 2 personen

Je hebt nodig voor de saus:

3/4 el tamarindepasta - 50 ml warm water - 2 el vissaus - 2 el bruine suiker - 1 1/2 tlsambal oelek - een draai zwarte peper.

Vermeng de tamarindepasta met het warme water tot één geheel. Roer er vervolgens de vissaus, bruine suiker en sambal door. Voeg een beetje zwarte peper toe en zet vervolgens weg tot gebruik.

Verder heb je nodig:

150 gram rijstnoedels of rijststicks - 12 gepelde grote garnalen (vers of diepvries) - 1 el sojasaus - scheutje zonnebloemolie - 2 eieren - 4 bosuitjes - 75 gram taugé - 1 ui - 2 teentjes knoflook - 2 el pinda's - 1 el gebakken uitjes -2 partjes limoen - koriander naar smaak.

Maken:

Ontdooi de garnalen als je diepvries gebruikt, dep ze droog en marineer vervolgens in de sojasaus.
Breng water aan de kook in een flinke pan. Mik de rijstnoedels erin, zet het vuur laag en laat ze wellen. Dat duurt maar een minuut of 3. Blijf er dus bij en controleer de gaarheid. Ook mogen ze nog iets van een bite hebben aangezien ze hierna nog de wok in gaan.
Spoel de rijstnoedels onder de koude kraan, doe ze in een vergiet en zet weg tot gebruik.

Halveer de ui en snijd in mooie dunne plakjes. Drie bosuitjes snijd je in schuine stukken van een centimeter of 3. Het andere bosuitjes in fijne ringetjes. Knoflook snipperen.
De pinda's hak je grof, ik gebruik hiervoor de vijzel dat gaat lekker snel.

Kluts de eieren door elkaar. Verhit in een wok wat zonnebloemolie en maak hierin al roerende een roerei. Dit gaat razendsnel, zodra het gestold is maar nog wel mooi glimmend haal je ze uit de pan.

Bak de ui en in schuine stukken bosui in een nieuw scheutje olie op matig vuur tot de ui glazig is. Voeg dan een handvol taugé toe plus de gesnipperde knoflook. Haal de garnalen uit de marinade en leg ze erbij. Zodra de garnalen iets gaan verkleuren maar zeker nog niet gaar zijn mogen de koude rijstnoedels erbij samen met de saus.
Schep alles goed om en blijf omscheppen. Zo worden de noedels warm, garen de garnalen verder en wordt de saus opgenomen door de rijstnoedels. Nu mag het roerei er weer bij. warm nog een minuutje mee.

Verdeel over 2 borden of kommen en garneer met wat gehakte pinda's, gebakken uitjes, een partje limoen, de in kleine ringetjes gesneden bosui en nog wat taugé

Het is die combinatie van pittig, een zuurtje, dat beetje zoet samen met alle crunch en die extra limoen die ik zo aantrekkelijk vind. Harmonie en balans, zonder storende botsingen. Het lijkt wel een perfect huwelijk.
Alhoewel, onder ons gezegd en gezwegen, af en toe wat vuurwerk is helemaal niet verkeerd voor de verstandhouding. Zo blijft het lekker fris en fruitig niet waar.

Ellen bedankt voor je gastvrijheid, ik heb heerlijk bij je geneusd. Veel succes in zonnig L.A!

Van mijn blog werd er ook gekookt. Eslem van Mijn Mixed Kitchen bakte de Duitse uienplaattaart en gaf er een Turkse draai aan en verving de spekjes door gerookte zalm.. Kijk dat vind ik nou leuk! Hier kun je haar bevindingen lezen.



maandag 27 januari 2014

Winterwalk 2014 op landgoed De Utrecht en uitrusten 'In den Bockenreyder'

Op een klein kwartiertje rijden van ons stulpje ligt Landgoed 'De Utrecht' . een gebied van zo'n 2500 hectare waar het heerlijk wandelen en fietsen is. In 1898 begon levensverzekeringsmaatschappij Utrecht met het ontginnen van de heidevelden. Zo ontstond er 1800 hectare bos en 600 hectare landbouwgrond. Daarnaast bleef er 400 hectare van het oorspronkelijke natuurgebied behouden.
Dit maakt De Utrecht heel divers. Zo loop je langs weilanden, dan door het dennenbos, doen je voeten beukenbladeren ritselen, spring je over een slootje omdat het pad toch anders loopt dan je in gedachte had, prut je door de modder en geniet je van uitbundige kleuren van de rhododendrons. Vogelgeluiden lokken je naar het ven en De Herdgang waar de Reusel meandert is immer van een sprookjesachtige pracht.
In welk seizoen je hier ook je kilometers maakt, het is altijd de moeite waard.





En aan het eind van je tocht wacht 'In den Bockenreyder' , een herberg gelegen in buurtschap Dun.
Beroemd in Tilburg en omstreken vanwege zijn flink uit de kluiten gewassen uitsmijters. Hierna hoef je voorlopig  niets meer te eten. Het bestaat al ruim tachtig jaar maar eigenlijk al veel en veel langer. Al wilde je er toen niet gezien worden, het werd bevolkt door duistere lieden, de bokkenrijders. Een stelletje boeven die misbruik maakten van de goedgelovigheid van de mensen in die tijd. Het volksgeloof wilde dat bokkenrijders geesten waren die op bokken door de lucht reden.
Tegenwoordig is er geen bok meer te bekennen, wel ezel Dries. En zeker op zondag zit het stampvol mensen. Op het grote terras is vaak geen plekje meer vrij maar gelukkig bieden staantafels uitkomst en anders zoek je maar een plekje op een boomstam of iets dergelijks. Gemoedelijk en gastvrij dat zijn ze hier. Het is net of een glas Leffe hier beter smaakt als elders.



Hier waren wij afgelopen zaterdag te vinden. Tien vrienden en vriendinnen die ieder jaar na de feestdagen een dag bij elkaar komen om te wandelen dus en natuurlijk samen te eten. Dit jaar was het weer in huize Eetlust te doen. Nadat een ieder zijn meegebrachte etenswaar op de daarvoor bestemde plekken had neergezet, er een bakske leut was gedronken vertrokken we Landgoed Utrecht waarts voor een fijne wandeling vol gebabbel en geklets.
De inspanning werd beloond met de genoemde Leffe om vervolgens weer naar Tilburg te vertrekken waar we de dag verder luister bijzetten met een glas bubbels en een rondje amuse op basis van makreel en gerookte kip van M&M. Altijd leuk om vrienden samen te zien keutelen in de keuken. Voortreffelijke combi trouwens makreel en doperwtenpuree met munt. Wat dat betreft heb ik voorlopig weer wat receptjes om hier neer te zetten.
De afdeling Houten schotelde ons een Ottolenghi creatie voor. Venkeltaart met parmezaan en kruimeldeeg. Goddelijk! Onze in België woonachtige vrienden verrasten ons met een witte gazpacho. Deze koude soep met amandelen en witte druiven straalde je zomers tegemoet.
Onze bijdrage was het stoofpotje met paprika en chorizo samen met wat rijst en een salade met rode kool, appel, wortel en nog zo wat.
Om voorts in stijl af te sluiten met waanzinnig lekker home made koffieijs en sorbet van fruit uit eigen tuin van F&J.
Wat een genot om vrienden te hebben die ook houden van koken en eten haha! Een heerlijke dag was het weer. Moe maar zeer voldaan rolden we ons bedje in.
Volgend jaar naar Waalre!

En nu willen jullie graag foto's zien he van al dat gefrats? Voor aardige plaatjes moeten we maar gaan zomerwalken, is er tenminste fatsoenlijk licht tot onze beschikking. Nu doet het alle met liefde bereidde creaties geen recht en dat vind ik ook weer zonde.

Ben je in de buurt? Houd je van wandelen?
Ga dan zeker eens naar:

'In den Bockenreyder'
Dunsedijk 3
5085 ND Esbeek

Landgoed De Utrecht

donderdag 23 januari 2014

Spaghetti 'Jambalaya'

Oorspronkelijk bestaat jambalaya uit rijst aangevuld met kip, pittige worst maar kan ook schelp-en schaaldieren bevatten. Ook een portie groente erin en dit alles behoorlijk spicy op smaak gebracht. Zoals met zoveel gerechten zijn de varianten eindeloos. Denk maar aan onze gehaktbal, bij iedereen smaakt de bal anders ook al bevat het nagenoeg dezelfde ingrediënten.

Rijst heeft bij ons de afgelopen dagen al voldoende aandacht gehad, tijd voor iets anders. We combineren het gewoon met pasta. Zeker weten dat je na het eten in hart en ziel verwarmd bent.Heb voor de zekerheid jambalaya in de titel maar even tussen haakjes gezet voor ik de jambalayapolitie op mijn dak krijg.
Wie enige tijd geleden een potje cajunkruiden heeft gehusseld mag het nu weer uit de kast trekken, er gaat lekker wat van in. Pas de hoeveelheid gerust aan naar je eigen smaak, aan oververhitte monden hebben we niet veel.



Je hebt nodig voor 4 personen:

250 gram spaghetti - 1 kipfilet - 5 merquez worstjes of stukje chorizo van 100 gram - 16 ongekookte garnalen (diepvries of vers) - 1 kippenbouillonblokje - 3 stengels bleekselderij - 2 uien - 3 teentjes knoflook - 1 blik tomaten - 2 tomaten - 2 groene paprika's - 1 rode peper - 1/2 el cajunkruiden - 1 tl oregano - 1 tl tijm -scheutje olijfolie - peper en zout

Zo maak je het:

Ontdooi de garnalen indien ze bevroren zijn onder koud stromend water of in de koelkast. Dep ze droog en bewaar tot gebruik afgedekt in de koelkast.

Verhit een scheutje olijfolie en bak hierin de kipfilet en merquez. Het hoeft niet helemaal gaar te worden aangezien het straks nog toegevoegd wordt aan de andere ingrediënten. Haal het eruit en zet afgedekt weg

De uien hoef je niet heel fijn te snipperen. Verwijder de uiteindjes van de bleekselderij, halveer de stengels in de lengte en snijd vervolgens in ringetjes. Knoflook hakken.
Verwijder de zaadlijsten uit de peper en paprika's. De peper fijnsnijden, de paprika's in stukjes.

Bak in de zelfde pan de uien, paprika, rode peper, bleekselderij en knoflook gedurende een paar minuten. Schep het regelmatig om. Voeg de cajunkruiden toe, husselen en goed vermengen.
Nu de tomaten in blik erbij, de in stukjes gesneden verse tomaat plus het kippenbouillonblokje. Maak de tomaten die uit het blik kwamen vast wat stuk.
Deksel op de pan en 25 minuutjes pruttelen. Na 15 minuten de deksel schuin op de pan zetten zodat het vocht een beetje kan verdampen.

Nu is het ook wel tijd om je spaghetti te koken.

Snijd de voorgebraden kipfilet en worst in stukjes. Voeg dat samen met de garnalen de laatste 5 minuten toe. De garnalen worden gaar maar blijven lekker sappig en ook de kipfilet en worst worden precies goed.

Verdeel spaghetti en de jambalaya 'saus' over vier borden, eet smakelijk.

PS. Misschien heb je tussendoor een zakdoekje nodig om je neus te snuiten, het is best pittig namelijk.



dinsdag 21 januari 2014

Nostalgisch koken 1: Spaanse bonenschotel uit Kok in eigen Kring

De aftrap in de serie ' Nostalgisch koken' met een Spaans getinte bonenschotel. Uit het boek 'Kok in eigen kring' van Janny de Moor.
Waarom deze? Er staat een kruisje bij en dat betekent dat ik het ooit gemaakt heb. Om zo dicht mogelijk bij het oorspronkelijke recept te blijven heb ik besloten er zo min mogelijk aan te veranderen. Geen geschud met extra smaakmakers. Nee, dociel doen wat er staat. Weet nu al dat dat een zware opgave wordt. De foto's in het boek zijn naar de huidige maatstaven onder de maat voor een kookboek. Donker, onaantrekkelijk, met de benaming foodporn heeft het weinig te maken. Nu wordt iets tegenwoordig al snel foodporn genoemd en dat is vaak ook niet helemaal terecht.

Witte bonen met tomaat, ham, olijven en kappertjes klinkt als het geklepper van castagnetten, Spaanse fleurigheid onder de grauwe Nederlandse januarilucht.
Een recept dat slechts een wazige mistflard oproept moet je beschouwen als een waarschuwing. Nu staan witte bonen met tomatensaus al niet huizenhoog op mijn wall of fame om niet te zeggen dat het ergens in de onderste regionen bungelt.
De olijven en kappertjes met hun friszure oppepper haalden me over de streep om de  'Witte bonen San Juán' uit dit boek weer te maken.
Bonen weken of een pot gebruiken. Ik weet 100% zeker dat er 25 jaar geleden in huize Eetlust weinig geweekt werd. Daarom net als toen gekozen voor het gemak van de pot. Daarbij meteen opmerkend dat het weken van bonen nu ook niet bepaald een arbeidsintensieve klus is.
Is er dan zoveel mis met deze bonenschotel? Eigenlijk niet maar het was tergend flauw ondanks die olijven, kappertjes en ham. Geen Spaans temperament in de mond. Jammer.
En hierbij laat ik meteen het voornemen 'dociel opvolgen' los. In mijn en jullie belang.

O, en een foto heb ik ook niet. Op het moment dat het kliekje in de kliko verdween dacht ik "Fotoooo" . Kliekjes zijn namelijk erg geschikt voor een kiekje de dag erop, als je meer licht hebt,  Te laat. Goed bezig. Daarom bij wijze van uitzondering het fantastische plaatje uit het boek. Zien jullie meteen hoe ze dat deden in die dagen.



Afijn, toch maken?

Dit heb je nodig voor 2 personen:

1 pot witte bonen - 1 ui - 1 teentje knoflook - 125 gram ham in blokjes ( pak maar een stukje serrano of iets dergelijks, geen , ik herhaal geen schouderham) - 1 groene paprika - 200 gram gepelde tomaten uit blik - 1 el kappertjes - 50 gram olijven met piment -1 tl oregano - peper en zout - vers geknipte bieslook - scheutje olijfolie.

Snipper ui en knoflook. De paprika ontdoen van zaadlijst en in reepjes snijden.
Verhit een scheutje olijfolie in een pan en fruit hierin de ui en knoflook op laag vuur tot de ui glazig is.
Voeg de paprika toe plus de blokjes ham en oregano. Bak zachtjes mee.
Bonen erbij plus de gepelde tomaten. Deze laatste zonder het vocht in het blik.. Laat een kwartiertje sudderen. Meng er vervolgens de helft van de kappertjes en de olijven. Breng op smaak met zout en peper.
Nog even doorwarmen en daarna over borden verdelen. Leg de rest van kappertjes en olijven erop samen met de bieslook.

Opmerking: gebruik 2 tenen knoflook, doe er een pepertje door, laurier, iets meer paprika mag best, bak de hamblokjes apart aan, haal ze vervolgens uit de pan en voeg het op het laatst weer toe tegelijk met de kappertjes en de olijven.
En misschien toch maar die bonen weken,... dat doe ik voortaan ook weer.

Verdwijnt dit boek nu weer in de eenzaamheid? Nee hoor, het mag in de herkansing.Er staat genoeg in om eens te maken, wel met mijn eigen touch dat dan weer wel.

Bron: Kok in eigen kring, Janny de Moor, Omniboek Den Haag


donderdag 16 januari 2014

Koken met een snufje nostalgie

Zoals jullie weten heb ik een paar goedgevulde boekenkasten met kookboeken. Niet alleen de hippe en trendy gevallen maar ook planken vol met ouwetjes. En die staan toch een beetje te verkommeren.
Uitgegeven in de jaren zeventig, tachtig van de vorige eeuw en vaak nog wel eerder. Heel af en toe mogen ze van hun plaats af omdat ik er in wil bladeren met het voornemen er toch weer iets uit te koken. Omdat ze dat stiekem best verdienen. Ze hebben me immers veel geleerd en laten ontdekken.
Toch verdwijnen ze meestal weer naar waar ze vandaan kwamen. Sommige recepten kunnen echt niet meer of zijn inmiddels door de tijd en anderen in een nieuw, moderner jasje gestoken.

Zojuist heb ik het boek 'Kok in eigen kring' van Janny de Moor eens voor me neergelegd en zie er staat best veel aardigs in. Alleen die foto's... Kijk, ik ben geen topfotograaf en dat zal ik ook nooit worden maar zelfs die van mij zijn beter. Echt waar. Met uitzondering van mijn plaatjes uit de beginperiode van dit blog dat dan weer wel. Gelukkig heeft mijn nieuwe camera wat kleine wondertjes verricht en ziet het er allemaal wat aantrekkelijker uit. Want tja, tegenwoordig kan men niet meer zonder een plaatje. Dat heb ik inmiddels ook wel geleerd.



Maar goed, terug naar het onderwerp. Terwijl ik zo zat te bladeren kreeg ik een idee. De eenzame boeken ga ik eens oppoetsen, in het zonnetje zetten. Een aantal beschreef ik hier al eens maar er zijn er nog zoveel meer. Koken met een snufje nostalgie, uit die hopeloos verouderde boeken, zal ik dat eens gaan doen?
Zo 1 x per twee weken of misschien iets vaker, net hoe het uitkomt?
Het voornemen was er al vaker maar het kwam er niet van. Teveel op de lijst maar als ik er nu een serie van maak... dan moet ik wel. En als ik het verzuim, trekken jullie wel aan mijn jasje he!

Vanavond trap ik af met een bonenschotel uit 'Kok in eigen kring'!

woensdag 15 januari 2014

Cha Bo, Vietnamese kebab in slabladeren met pittige vissaus

Vorig jaar rond deze tijd lag er sneeuw. Ik zag het gisteravond op het nieuws. Het verbaasde me niet, onze zoon is namelijk volgende week jarig en de laatste jaren is het op zijn geboortedag regelmatig wit. Een aantal dagen geleden leek het erop dat het scenario zich ging herhalen. Hij stuurde me al een link van de weersvoorspelling met de woorden "Mijn verjaardag komt dichterbij, dus ook sneeuw en vorst".  Niets zo onvoorspelbaar als het weer, inmiddels lijkt het erop dat hij de dans ontspringt.

In januari richten de gedachten zich ook al voorzichtig richting zomer, de vakantie. Waarheen? Wat te doen? Gaan we weer richting ons geliefde Frankrijk of nemen we een andere afslag? Het lijstje met wensen is lang. Azië bijvoorbeeld, het trekt al jaren en toch ook weer niet. Misschien zijn we minder avontuurlijk ingesteld dan we willen. Iedere keer wanneer ik een reportage zie over Vietnam roep ik heel hard "Daar wil ik heen". Het is nog steeds niet gebeurd maar wellicht komt het nog. Als we daadwerkelijk besluiten eens die andere afslag te pakken. Onze lieve vrienden M. en M. zijn van plan dit jaar daar rond te trekken, althans dat vernam ik vorige week. Plannen kunnen ook weer wijzigen niet waar. Om alvast in de stemming te komen hier een recept voor Vietnamese kebab. Kleine gehaktballetjes met sla, pinda's, lenteui en meer plus een pittige vissaus om de boel in te dopen.
Ook maken als je niet naar Vietnam gaat.



De hoeveelheid is voldoende voor 4 personen als hoofdmaaltijd, voor 6 als lunch en voor nog meer mensen als snack. Onder de laatste categorie valt het ook eigenlijk.

Je hebt nodig voor de kebabs:

500 gram rundergehakt - 2 sjalotjes - 3 el ongezouten pinda's - 2 tl gemalen sereh (citroengras) - 1 rode peper - 2 el vissaus - 2 el romige kokosmelk - 2 tl pittige kerrie ( zelf heb ik Pakistaanse gebruikt, de pittigste die ik in huis heb maar andere soorten volstaan ook) - 2 tl suiker

Rooster de pinda's in een droge koekenpan tot ze licht verkleuren. Maal ze vervolgens fijn in je keukenmachine of gebruik een vijzel. Dat laatste gaat overigens heel goed.
Snipper de sjalotjes.
Vermeng het gehakt met alle ingrediënten, kneed goed en vorm vervolgens kleine gehaktballetjes. Ongeveer de grootte van een walnoot. Plat ze vervolgens iets af. Zet koel weg tot gebruik.  Maak ze gerust een paar uur van tevoren, zo trekken de smaken goed in.

Verhit een koeken- of grillpan en bak de kebabs bruin en gaar.

Er hoort zoals gezegd een pittige vissaus bij en werkelijk die zet je smaakpapillen op zijn kop. Proef maar.

Je roert 5 eetlepels vissaus met 3 eetlepels azijn, 2 eetlepels limoensap, even zoveel eetlepels suiker goed door elkaar samen met een in ringetjes gesneden rode peper. Of 2, met of zonder zaadjes, het is maar hoe pittig je aangelegd bent.

Zo die is ook klaar.

Verder zet je nog op tafel:

Bladeren van 2 kroppen sla - bakjes met wat taugé, in ringetjes gesneden bosui, dunne plakjes komkommer, 3 el geroosterde en grof gehakte pinda's ,gebakken uitjes, paar partjes limoen en tot slot een bakje met muntblaadjes en koriander of peterselie als je zoals ik niet van verse koriander houdt.

Pak een slablad, leg er een kebab in of twee, beetje afhankelijk van hoe groot het blad is. Beleg met wat verschillende soorten 'strooisel', rol op en doop in de vissaus. Je kunt de saus er ook op lepelen en dan oprollen. Steek in je mond. Proef en ontdek een nieuwe wereld.

Bron: Madhur Jaffrey - Currybijbel.  Over dit boek schreef ik eerder en wel hier.

maandag 13 januari 2014

Alain Ducasse - Puur Natuur Vis Schaal- en Schelpdieren

Een informatief en speels boek met tachtig recepten die zoals het voorplat belooft eenvoudig te bereiden zijn. Bij dat laatste wil ik meteen een kanttekening plaatsen, beginnende koks lopen bij sommige recepten zeker vast. Een beetje ervaring is een must maar met wat uitdaging is ook niets mis en al doende leert men niet waar.



Niet ieder recept is voorzien van een foto maar dat vind ik geen bezwaar. Een heldere beschrijving van de werkwijze is in mijn optiek belangrijker en daaraan is voldaan. Fotolovers wees gerust, er zijn genoeg prachtige prenten te vinden.
Een minpuntje voor sommigen kan zijn dat de benodigde ingrediënten in de tekst verwerkt zijn en niet zoals we veelal gewend zijn in een kolom ernaast.
Aan de andere kant, het dwingt je wel om datgene wat je wil gaan maken meteen goed te lezen. En een goede voorbereiding is het halve werk. Naast het recept vind je nu handige tips. Aan de bovenkant de benodigde bereidingstijd plus het seizoen waarin je het gerecht het beste kunt bereiden.

Het boek is verdeeld in drie stukken zoals de titel ook al aangeeft; vis, schelpdieren en schaaldieren. Ieder gedeelte start met een soortbeschrijving, habitat en een omschrijving van het visvlees. Handig als je een alternatieve soort wil of moet gebruiken in verband met de verkrijgbaarheid. Behalve deze drie heb je ook nog het weekdier oftewel de pijlinktvis, octopus en zeekat en deze hebben ook een plekje in het boek gekregen.
Ofschoon veel recepten  Frankrijk ademen, dat krijg je met een van oorsprong Franse kok, zijn er ook Aziatische en Arabische invloeden te vinden. Van terrine van sardines naar griet met kerrie, gember, limoen en bulgur tot langoest á la nage met chardonnay, zalm in zoutkorst met koriander, makreel met komkommer en honing en hamburger van pijlinktvis.

Ducasse heeft er voor gekozen alleen vissen te gebruiken die niet bedreigd worden door overbevissing en op milieuvriendelijke wijze worden gevangen. Om er nu zeker van te zijn dat ook hier in Nederland geldt kun je altijd kijken op Viswijzer.

Vis eten wij eigenlijk te weinig, schaal - en schelpdieren lees garnalen en mosselen daarentegen weer heel vaak. Van een mooi stukje vis kan ik met volle teugen genieten maar het ontbreekt me vaak aan inspiratie. Ideeën om eens andere combinaties te maken. Uitstapjes die wellicht niet zo voor de hand liggen. Daarom wilde ik dit boek graag aan mijn verzameling toevoegen. Wijting met eekhoorntjesbrood en kastanjes, het zou niet in me opgekomen zijn. Wulken met pompoen evenmin.

Al met al een aantrekkelijke uitgave voorzien van duidelijke informatie, gedegen uitleg, een aansprekende vormgeving, foto's en illustraties. Geschikt voor iedereen die net als ik eens wat meer met vis aan de slag wil.
Ietwat ervaring in de keuken is wel een pré al zijn er ook recepten te vinden die gerust door beginners gemaakt kunnen worden. Goed lezen en durven, dan kom je al een heel eind.

Alain Ducasse, Paule Neyrot, Christophe Saintagne - Puur Natuur, Vis schaal- en schelpdieren, 2013, Fontaine Uitgevers, gebonden, 158 pag., fotografie Pierre Monetto

Te koop voor 17,95 euro

vrijdag 10 januari 2014

Witlof met peer, spekjes en geitenkaas

Een recept uit de Allerhande van deze maand eens een keer. Ik weet niet hoe het met jullie zit maar ik kook ontzettend weinig uit dit soort bladen. Waarschijnlijk omdat mijn lijst zo lang is dat ik het overige aanbod maar als kennisgeving aanneem. Wat ook weer niet wil zeggen dat deze uitgaven in de papierbak belanden. Welnee, lekker stapelen voor ooit.
Deze maand staan er dusdanig goed uitziende recepten in dat het nog steeds op de eettafel ligt. Witlof eten wij graag en ook heel regelmatig. Mijn oog viel al snel op dit gerecht. Fijne combinatie.
Het staat rap in de oven en binnen 25 minuten zou het gaar moeten zijn. Nou dat is het dus niet, tel er nog maar een kwartier bij op. Julian Barnes die Wijsneus in de keuken schreef zou vast weer in een tirade zijn uitgebarsten. Ik niet want ik had al een donkerbruin vermoeden. Kijk, als de witlof eerst voorgebakken wordt in een koekenpan en daarna de oven in gaat, ja dan kan het lukken. Niet met flinke stronken rauwe witlof ook al zijn ze gehalveerd.

Maar desondanks smaakte het wel heel erg goed. Behalve geitenkaas waar de husband niet zo dol op is strooide ik er ook nog wat belegen kaas over. Ziet ie de geitenkaas niet :)  Het mag blijven was zijn conclusie. Het is voldoende voor 4 personen als je er nog iets extra's bij serveert. Nu zitten er al behoorlijk wat spekjes in en wij vinden witlof zo lekker dat we dat niet doen. Aardappeltje erbij en wij schransen die schaal bijna helemaal leeg. Zo zijn wij.



Je hebt nodig:

4 stronkjes witlof - 200 gram spekblokjes - 1 koffielepel tijmblaadjes - 1 grote peer (Doyenné du Comice) - 150 gram zachte geitenkaas - 50 gram geraspte belegen kaas - 1/2 el honing - 100 ml appelsap.

Zo maak je het:

Verwarm de oven voor op 180 graden.

Bak de spekjes licht krokant in een droge koekenpan.
Snijd de onderkanten van de witlof en halveer ze in de lengte. Schil de peer, verdeel in vieren en verwijder de het klokhuis. Snijd de kwarten in dunne plakjes.
Vet een ovenschaal in. Leg de witlof met de snijkant naar beneden in de schaal. Stop de plakjes peer ertussen. Verdeel de spekblokjes erover samen met de tijm.
Geitenkaas in stukjes breken en hoppa ook erbij. Tot slot de appelsap er over gieten en afmaken met de rest van de geraspte kaas.

Bak het ongeveer veertig minuten in de oven. Af en toe even in de witlof prikken om de gaarheid te controleren. Het mag nog gerust een bite hebben

Bron van inspiratie : Allerhande januari 2014.

woensdag 8 januari 2014

Kip in sojasaus

Het klinkt wat karig, kip in sojasaus. Wees gerust, er komen nog andere ingrediënten bij kijken. Zuur, zout, zoet, pit, ideale combinatie toch? Met drumsticks, snel gaar en ideaal voor een doordeweekse maaltijd. Je komt afgeknoedeld van je werk en dan moet je ook nog een maaltijd in elkaar draaien. Daar zit je ook niet altijd op te wachten.   Terwijl dit kippetje in de saus pruttelt kun je fijn even de krant lezen, wat naar de tv staren, een glaasje drinken en rijst koken. Vergeet dat vooral niet.



Je hebt nodig voor 4 personen:

8 drumsticks - 3 el bruine suiker - 50 ml sojasaus (kikkoman) - 1 el vissaus- 200 ml water - 2 el azijn - 1 el limoensap - stukje gember van ongeveer 5 cm- 1 rode peper - 2 teentjes knoflook - 1 ui - zout naar smaak - bieslook - 2 el arachideolie

Zo maak je het:

Meng de sojasaus, vissaus, water, azijn en limoensap door elkaar en zet apart tot gebruik.
Snipper de ui en knoflook. Schil de gember en snijd het piepklein, raspen kan ook. Verwijder de zaadlijsten uit de rode peper en hak de peper in stukjes.

Verhit in een wok of braadpan de olie en bak de drumsticks op hoog vuur bruin. Haal ze uit de pan. Zet het vuur laag.
Nu moet je even snel handelen. Mik de bruine suiker in de pan en roer als een malle tot het gesmolten is. Dit is in pakweg 10 seconden voor de bakker. Giet nu het sojamengsel erop en roeren! Door de toevoeging van het vocht zal de suiker karameliseren, door goed te roeren lost het weer op.

Kip erbij plus de knoflook, rode peper, gember en ui.  Leg er een deksel half op en laat een half uurtje zachtjes pruttelen. De kip wordt gaar en mals, het vocht verdampt gedeeltelijk. Wil je de saus graag nog wat dikker hebben dan haal je de kip zodra het gaar is uit de pan en laat je de saus op hoog vuur zonder deksel nog even inkoken. Maar pas op, het moet niet te stroperig worden.
De kip voeg je op het laatst weer even toe .

Leg de kip op een schaal, giet de saus erover en bestrooi met fijngeknipte bieslook. Heerlijk met rijst natuurlijk. Ik heb er gewokte paksoi, sugarsnaps en champignons bij gemaakt en op smaak gebracht met wat soja, chilivlokken en een scheutje gembersiroop.




dinsdag 7 januari 2014

Wijsneus in de keuken van Julian Barnes

Sinds jaar en dag is mijn motto 'Kookboeken kun je niet genoeg hebben'. Ik houd me er ook graag aan. Dit boekje is echter geen uitgave vol likkebaardende foto's en eetlustopwekkende recepten. Geen één recept zelfs. En toch wilde ik het graag hebben. Of misschien wel juist daarom. Bespiegelingen en observaties door Julian Barnes die zichzelf omschrijft als een ietwat angstige kok.



Waarom zou je experimenteren met een recept, een recept staat niet voor niets op die manier beschreven. Zo'n gedachtegang. Hij vraagt zich bijvoorbeeld ook af waarom iedere kok tegenwoordig een kookboek uit moet brengen en dat is in zijn ogen dan nog toegestaan maar twee, of drie... en sommigen kunnen het beter maar helemaal laten..
De beschreven gerechten zijn in onze amateurkeukens negen van de tien keer onuitvoerbaar en als het enigszins lukt een behoorlijk slap aftreksel. Waarom vermoeien we ons met dit soort strapatsen, om de disgenoten te imponeren? Het beste wat je kunt doen om optimaal van de hoogstandjes te genieten is een tafel reserveren in het desbetreffende restaurant van de desbetreffende kok.

Barnes gaat er terecht vanuit dat wanneer je dan toch uit een kookboek kookt de recepten kloppen. Net als velen van ons komt hij er achter dat dat niet altijd het geval is. De prachtige, verleidelijke  foodfoto's blijken zorgvuldig gestyled en  in onze pan van voorgeschreven formaat passen helemaal geen vier karbonades met even zoveel stronkjes witlof.  Frustratie ten top in de keuken van Barnes. Lachsalvo in huize Eetlust.

Iedereen die zijn of haar eerste schreden op het kookpad zette heeft zich ongetwijfeld net als Barnes ook wel eens afgevraagd wat er nu precies bedoeld wordt met een scheutje of een drupje. Hoeveel is zo'n scheutje en hoe groot een middelgrote ui. Wat moeten we ons voorstellen bij een kopje, de Amerikaanse cup of een kopje die je in je kast hebt staan. Een vermakelijk hoofdstuk

Koken begint met boodschappen doen. Gewapend met een ellenlange lijst langs speciaalzaken voor dat ene ultieme gerecht om vervolgens te constateren dat de helft van de ingrediënten onverkrijgbaar zijn. Wat nu. Barnes weet er wel raad mee evenals met arrogante verkopers, het eten van nieuwe onbekende dingen al valt dat niet altijd in de smaak en het organiseren van etentjes.

Zeer herkenbaar is ook het hoofdstukje over de onderste la. De la die de meesten van ons hebben waar de ooit aangeschafte keukenspulletjes in weg liggen te kwijnen. Vol goede moed trek je de la open, ruimt het uit en... stopt driekwart weer terug.

Het is heerlijk om met Julian Barnes mee te kijken met zijn bevindingen. Een boek ook wat ik in één ruk heb uitgelezen met een grote glimlach op mijn gezicht. Een aanrader!

Julian Barnes - Wijsneus in de keuken, 2013,  Uitgever Atlas Contact, gebonden, 144 blz.
Te koop voor 18,95



woensdag 1 januari 2014

Pompoenhummus met geroosterde pitten

De eerste post van het nieuwe jaar begin ik natuurlijk met... gelukkig nieuwjaar en dat  2014 maar een mooi jaar mag worden!

Ik kan wel zeggen dat Oud en Nieuw in huize Eetlust een geslaagd festijn was. Wat hebben we gelachen zeg, een dolle boel hier. Hou ouder hoe gekker, het spreekwoord lijkt best wel te kloppen :)
De 'zooi' is inmiddels opgeruimd. Ben dan toch wel heel blij met de vaatwasser hoor. Een jaar of twee geleden begaf de oude het en ik kan je zeggen dat je dan 's ochtends na een feestje niet schaterlachend in de keuken staat. Er zijn mensen die 's nachts nog vrolijk in de weer gaan met afwasborstel en sop... het zal duidelijk zijn ik behoor niet tot die categorie.
Vanochtend uitladen, weer inladen en hoppa heb je even tijd voor andere dingen. Goed wakker worden bijvoorbeeld.
Straks gaan we ons maar eens ontfermen over wat restjes zoals deze pompoenhummus. Een leuke variatie op de welbekende met kikkererwten. Die zitten hier ook in, samen met geroosterde pompoen en rode peper. Licht pittig maar niet overdreven.
De geroosterde pitten en zaden en vervolgens met wat zeezout bestrooid geven er een lekkere crunch aan.




Ok, op de foto nog niet bestrooid met zaadjes en pitjes. Heb het gemaakt voor het feestgedruis losbarstte. Als ik het strooisel 's middags al toegevoegd had, was het 's avonds echt niet meer knapperig. vandaar dus :)

Je hebt nodig:

1 hoikkado pompoen (flespompoen kan ook) - 1 blikje kikkererwten - 1 rode peper - 1 tl ketoembar - beetje citroensap -zout en peper - 2 el gemengde pitten en zaden - olijfolie

Zo maak je het:

Verwarm de oven voor op 200 graden.

Maak de pompoen schoon en verdeel in blokjes van min of meer gelijke grootte.Halveer de rode peper, verwijder de zaadjes en snij de peper in stukjes.
Vermeng met de pompoenblokjes plus een scheutje olijfolie, beetje zout en peper.
Schuif in de oven en rooster tot de blokjes gaar zijn. Afhankelijk van de grootte duurt dat 20 tot 30 minuten.

Rooster in een droge koekenpan de pitten en zaden. Blijf er wel bij. Hevel over in een bakje en bestrooi met een beetje zeezout. Zet apart tot gebruik.

Zodra de pompoen gaar is, laat je het afkoelen.
Vervolgens pureer je het samen met de uitgelekte kikkererwten en genoeg olijfolie om er een smeuïg geheel van te maken. Breng op smaak met ketoembar, zout , peper en citroensap.
Schep in een schaaltje en strooi de pitten en zaden er overheen.